Als alles mee zit kunnen mijn vrouw en ik binnen afzienbare tijd verhuizen. Verhuizen naar una casa colonica in Umbrië. Hier lees je het hoe en het waarom we in Umbrië beland zijn. Vanaf het prille begin, mijn eerste stappen in Italië tot 50 jaar later het grote avontuur. Weg van België.
De restauratiewerken kunnen starten. Wie nu smeuïge verhalen wil lezen over aannemers en onderaannemers die niet van hun woord zijn of maffiose praktijken erop na houden, moet ik teleurstellen. We hebben met de familie Ranieri de crème van de crème van de bouwfirma’s uit de omgeving getroffen.
De arena
Laten we gemakshalve zeggen dat we in januari 2020 zijn gestart met het voorbereiden van het terrein. De aannemer, die ik voortaan ‘Andri’ zal noemen, heeft samen met de geometra conform de regelgeving de werfperimeter vastgesteld en deze afgeboord met een oranje plastieken omheining. Dit wordt onze arena voor het volgend anderhalf jaar. En strijden zullen we. De tand des tijds helemaal naar onze hand zetten en de feniks uit zijn as laten verrijzen. Voor dat as hebben Anne en ik dagen ‘vurreke stook’ gedaan. Alle wilde overtollige struiken binnen de perimeter worden uitgedaan en verbrand.
Eens onze arena klaar is om te betreden moet de weg onder handen genomen worden. Langs daar worden de gladiatoren van onze verbouwing aangevoerd. Hetgeen vroeger een onooglijk klein zijpadje was van de strada bianca moet nu een heuse weg worden. Hierop moeten camions en zelfs cementwagens kunnen rijden. De firma Ciprianni , een neef van onzen Andri, komt met grof geschut. Tijdens een gesprek verneem ik dat hun core business eigenlijk autostrades zijn. Hij heeft van een pad van 2m breed een weg gemaakt van 6m breed. Maar wel met vakkennis. Nu de weg en de documenten klaar zijn kan de aannemer op 16 maart officieel starten met de werken.
Covid
Ondertussen begint in het Noorden van Italië het coronavirus serieus zijn neus aan het raam te steken. Wij zouden voor de werken nog even naar huis gaan. Op 10 maart, de dag dat Italië zijn grenzen sluit, kunnen Anne en ik nog net naar België met de auto. Het lijkt in Lombardije alsof je door oorlogsgebied rijdt. Geen kat op de weg en stoppen kan je ook nergens. Wij zijn nooit zo snel thuis geraakt als die dag.
In Lier krijgen we het bericht dat de aannemer niet mag starten omwille van het virus. En wij geraken niet meer terug naar Italië. De laatste week van april vernemen we dat de werken dan toch van start kunnen gaan op 4 mei. Wij blij, niettegenstaande het zonder ons zal zijn. Andri zegt dat hij dagelijks foto’s zal doorsturen. Wij zelf zullen pas op 16 juni naar Italië terugkeren.
De rots
Het eerste wat onder handen wordt genomen zijn de stallen. Beter gezegd, de volledige benedenverdieping. Na de toestemming tot bestemmingswijziging moet een halve meter worden uitgegraven om verluchting te creëren. Lombo is op een rots gebouwd. Je kan geen betere fundering hebben.
Maar als je deze fundering moet uitbreken met een pneumatische beitel kan het huis wel beginnen daveren. Ook de aannemer krijgt den daver. Maar dan op het lijf. Zo erg zelfs dat hij in de laatste ruimte gestopt is met beitelen. De stabiliteit van het huis is in gevaar. Nu hebben we in onze winterliving een rotspartij. Het heeft wel iets.
We worden gelukkig quasi dagelijks geupdatet met foto’s. Lang leve de tijd van gsm en whatsapp.
Toch is het tijd om aanwezig te zijn. We popelen om de eerste veranderingen live te kunnen aanschouwen. Zoals ik schreef op 16 juni is het zover. Vanaf nu wordt het een heel andere episode van de verbouwing. Eentje waar je met je neus opzit en waar je vriendschap sluit met je aannemer.