Na de wurggreep van de lockdown komt er een betere tijd, en dan kunnen we weer op reis. Wil je de overvolle Toscaanse kunststeden even vermijden en is een bergwandeling in Molise te veel van het eenzame goede? Kies dan voor een weekend in het onbekendere Città di Castello, dat is Umbrië met een vleugje Marche en vlakbij Arezzo.
De tifernati – zo heten de inwoners van Città di Castello – fronsen de wenkbrauwen als je hun stad een uitvalsbasis voor de regio noemt. De stad zelf biedt enkele unieke musea, een flinke dosis groen en is een haven voor moderne kunst. We stellen hier graag twee verrassende locaties voor.
Druk, druk, druk
In het historisch centrum vind je, naast de interessante pinacotheek en het museum van de duomo, twee uitzonderlijke plekken: de Tipografia Grifani Donati en het Museo Tela Umbra.
Word je ook wild van de geur van inkt en papier? Dan is een bezoek aan de Tipografia een absolute must. Sinds 1799 huist deze drukkerij in een voormalig klooster in de Via Cavour. Je kan ze bezoeken na reservatie. De eigenaar dompelt je met verve onder in de rijke geschiedenis van de drukkunst, sinds enkele eeuwen een asset van de regio. Litho’s op steen, bedrukte houtsnijwerken en etsen passeren er de revue, net zoals de prachtexemplaren van drukmachines uit de hele wereld die nog altijd gebruikt worden.
Een rondleiding (die ongeveer een uur duurt) kost je 12€, en je maakt zelf enkele drukwerkjes die je mee naar huis neemt.
Alice en Maria
In het Museo Tela Umbra maak je een reis door de geschiedenis van de textiel, een sector die nog altijd luxeproducten aflevert die de wereld rondgaan.
De ontwikkeling van de textielsector is sterk verbonden met Leopoldo Franchetti en zijn Amerikaanse echtgenote Alice Hallgarten. Aan het begin van de 20e eeuw richtte Alice het Laboratorio di Tela Umbra op in palazzo Alberti Tomassini. Città di Castello stond in de 14e en 15e eeuw al bekend voor het fijne en uiterst delicate textiel, dat heel wat renaissanceschilders op hun doeken afbeeldden. De ambacht was in de loop der eeuwen verwaarloosd.
De vernieuwde aandacht bleek een schot in de roos om vrouwen een zelfstandig inkomen te geven, en de door industrialisering bedreigde knowhow nieuw leven in te blazen. Naast hun loon kregen de weefsters ook een deel van de jaarlijkse winst en konden ze hun kinderen naar de crèche brengen in het palazzo.
Hallgarten liet ook landelijke schooltjes bouwen. Hiervoor deed ze beroep op de jonge pedagoge Maria Montessori. Zij zou later wereldberoemd worden omwille van haar revolutionaire inzichten in leerprocessen bij kinderen. In het museum zie je een authentiek klaslokaaltje, ingericht volgens Montessori’s pedagogische principes. Hallgarten financierde overigens in 1909 Maria Montessori’s eerste wetenschappelijke publicatie. Datzelfde jaar organiseerden de twee vrouwen een cursus voor leerkrachten uit de lagere school in het prachtige kader van de villa Montesca.
Het heerlijke park van de villa is op zondag een geliefde picknickplaats voor de tifernati die op zoek zijn naar verkoeling in de zomer.