Iedereen die in de avondles Italiaans zit, of op een andere manier heeft kennis gemaakt met deze prachtige muzikale taal, zal al hebben vastgesteld: simpel is het niet. Je worstelt met de grammatica, net zoals in het Frans. En als dat nog niet moeilijk genoeg is, blijken tal van Italiaanse woorden een compleet andere betekenis te hebben dan je vermoedt vanuit je Nederlandstalige achtergrond. Maak kennis met enkele falsi amici of valse vrienden.
Als je in je hotelkamer in Italië bent, denk dan vooral niet: hier plaatsen ze de koude kraan aan de linkerkant, want die is aangeduid met caldo… Je zou je wel eens kunnen verbranden, want caldo betekent net het omgekeerde van wat je denkt, namelijk “warm”. Voor koud gebruik je freddo. Denk aan chaud en froid in het Frans.
In het groentenkraam koop je best geen cocomero als je van plan bent je slaatje op te vrolijken met komkommer. Koop je cocomero, krijg je watermeloen. Een komkommer bestel je als cetriolo. Bij tonno heb je het niet over een vaatje, maar over… tonijn. Een vaatje is in het Italiaans un barile of una botte. Verder in de gastronomische sfeer vraag je best geen mostarda voor op je hot-dog (als je die al zou vinden in Italië). Je zult immers een soort chutney met fruit krijgen waar soms wat mosterd is aan toegevoegd. De real thing heet in het Italiaans senape.
Als de man achter de balie van het autoverhuurbedrijf insisteert op una firma, refereert hij niet naar jouw bedrijf. Hij wil gewoon jouw handtekening. Heb je het over een bedrijf, gebruik je una ditta.
Lampje in je hotelkamer stuk? Vraag aan de receptionist zeker niet om uno lampo. Niemand wilt immers een bliksemflits in huis. Vraag voor alle veiligheid naar una lampada.
Wanneer iemand het heeft over zijn of haar sporta, gaat het niet over sportieve exploten. Una sporta betekent immers een (boodschappen)tas. Sport blijft in het Italiaans ook gewoon sport.
Als men refereert naar una ragazza snella, gaat het niet over de sportieve prestaties van een meisje dat snel loopt. Snello betekent immers slank. Voor snel gebruik je veloce. In diezelfde categorie kun je ook het bijvoeglijk naamwoord raro plaatsen. Het betekent niet eigenaardig, zoals je zou kunnen vermoeden, maar zeldzaam. Voor eigenaardig gebruik je dan weer strano.
Gebruikt iemand het werkwoord puzzare, gaat die niet aan de slag om te poetsen. Het is eerder het omgekeerde: puzzare betekent immers stinken. Als je na de stank toch wilt poetsen, kun je best gaan pulire…
Nog eentje, waar één lettertje een groot verschil maakt. Una mostra is geen monster, maar een tentoonstelling (al kunnen die soms wel monsterlijk lelijk zijn natuurlijk). Wil je het over een monster hebben, gebruik je het mannelijke un mostro. Zeg nu nog dat de Italianen mannelijke chauvinisten zijn…
Ben je toch helemaal het noorden kwijt na al die taalkundige spitsvondigheden, en wil je weer op koers? Gebruik dan geen compasso, want met een passer kom je niet ver. Je kunt beter vragen naar una bussola, die je trouw het noorden zal aanwijzen.