* 08-03-1858 (Napels)- † 09-08-1919 (Montecatini)
Ruggiero Leoncavallo werd in Napels geboren, als zoon van een politieambtenaar. In Napels studeerde hij muziek waarna hij naar Bologna trok om literatuur te studeren aan de universiteit. Hij begon zijn muzikale carrière als librettist en werkte onder andere mee aan Manon Lescaut van Puccini.
Zijn eerste pogingen om eigen werk te componeren waren niet succesvol. Leoncavallo was een liefhebber van Wagner wat ook duidelijk te merken was in zijn eerste opera, Chatterton. Om aan de kost te komen was hij genoodzaakt om rond te reizen als pianist en op te treden in cafés in heel Europa tot zelfs Egypte.
Wereldfaam
Aan dit rondtrekkende leven kwam een einde toen uitgever Guilio Ricordi zijn potentieel zag en hem de opdracht gaf om een opera te schrijven. Oorspronkelijk zou dit een trilogie genaamd ‘Crepusculum’ worden (geïnspireerd op Wagners Ring), maar hij voltooide alleen het eerste deel I Medici. De opera kende echter weinig bijval. Hij sloeg een andere weg in na het horen van de opera Cavalleria Rusticana van een andere Italiaanse componist, Pietro Mascagni. Dit gaf hem de inspiratie tot het schrijven van de opera I Pagliacci. Hiermee begon zijn wereldfaam.
Omdat het beide relatief korte opera’s zijn, plaatste de Metropolitan opera in New York in 1893 Cavalleria Rusticana en I Pagliacci samen op de affiche. Sindsdien zijn deze twee opera`s onlosmakelijk aan elkaar verbonden en worden ze dus bijna altijd samen opgevoerd.
Later werk van Leoncavallo kende minder bijval dan dit toppunt. De opera La Bohème was minder populair als het gelijknamige werk van Puccini. Zijn latere opera`s werden wel terug beter ontvangen, maar alleen I Pagliacci, – zeker met Caruso in de titelrol – was zeer populair en zou dat ook blijven.
Leoncavallo was trouwens de eerste componist die zich serieus interesseerde voor opnames op de grammofoonplaat. Hiervoor schreef hij het wereldberoemd geworden lied Mattinata, opgenomen met Caruso in 1904.
Opera`s
- Chatterton (1876)
- I Pagliacci (1892)
- I Medici (1893)
- La Bohème (1897)
- Zazà (1900)
- Il Rolando (1904)
- Maia (1910)
- Malbruk (1910)
- Zingari (1912) (zigeuners)
- Goffedo Mameli (1916)
- Edipo Re (1920)
- Prometeo (niet gepubliceerd en niet opgevoerd)