Mythen en sagen vind je overal ter wereld, zo ook in de streek rond het Comomeer. In deze reeks komen de oude volksverhalen, die van generatie tot generatie daar zijn doorverteld, weer tot leven.
Aan de weg van Como naar Torno ligt de kapel van Tuée (cappellina del Tuë). Over de herkomst van de naam bestaat veel onzekerheid, wellicht is ze afgeleid van een plek die volgens een middeleeuwse acte werd aangeduid met ‘ad Tonarium’ – en dit zou weer kunnen slaan op het donderende geluid van de waterval die zich vlak bij de kapel met grote kracht in het meer stort.
Over deze kapel wordt het volgende verhaal verteld.
Er was een meisje, Ghita genaamd, dat zich het hof liet maken door twee jonge mannen: een zekere Fendìn en ene Silètt, beide uitstekende huwelijkskandidaten. Ze waren knap om te zien, hadden een goede positie en een goed karakter. Misschien daarom had het meisje een groot probleem: ze durfde geen keus te maken.
Ghita, die maar niet kon besluiten met wie ze zou willen trouwen, begon met regelmaat de kapel van de Madonna del Tuée te bezoeken, waar ze iedere dag langs kwam op weg naar haar werk in de wijngaard van een familie in het gehucht Rasina. Ze bad hevig tot de Maagd om een teken dat haar zou helpen bij het nemen van een beslissing.
Intussen wachtten de twee aanbidders tevergeefs op enige aanmoediging. Eén van de twee, wetend dat het meisje vrijwel dagelijks de kapel bezocht, zon daarop op een plan. Deze, Fendìn, de meest ondernemende van de twee, kwam op het idee zich te verstoppen in de kapel om uit te vinden wat Ghita precies deed. Op een goede dag verstopte Fendìn zich achter het altaar waarop het beeld stond van de Madonna met in haar armen het kindeke Jezus.
Toen Ghita even later binnen kwam, begon ze dadelijk luidop haar gebeden te zeggen, die ze afsloot met de woorden: “O Madonna, zegt U me toch wie ik moet trouwen!” Dit horend kon Fendìn zich niet inhouden en met een vervormde stem zei hij: “Trouw Fendìn! Trouw Fendìn!” Hij twijfelde er niet aan of ze zou nu de knoop wel doorhakken en uiteraard in zijn voordeel. Maar het stemmetje dat Fendìn gebruikte klonk zo zwak en kinderlijk dat Ghita dacht dat in plaats van de Maagd, het kindeke Jezus had geantwoord.
Nu had het meisje diep in haar hart en nog vrijwel onbewust, al een keus gemaakt, maar ze had die voor zich zelf niet durven uitspreken. Nu echter, binnen deze heilige plaats en geconfronteerd met een voorstel, riep ze spontaan: “Zwijg jij, kleine intrigant, ik heb met je moeder gesproken en niet met jou!”
Dit was natuurlijk wel een zeer impertinente uitspraak, maar de Madonna, die het beste wilde voor het meisje, vergaf het haar op slag omdat ze er van overtuigd was dat de keus van het hart tenslotte altijd de beste is.
Zo trouwde Ghita tenslotte, nadat ze aan zichzelf haar geheime gedachten had geuit, met Silètt en ze leefden nog lang en gelukkig.