Mythen en sagen vind je overal ter wereld, zo ook in de streek rond het Comomeer. In deze reeks komen de oude volksverhalen, die van generatie tot generatie daar zijn doorverteld, weer tot leven.
De boten op de wal wachten op de komst van de toeristen. En komen zullen die zeker, vervuld van de wens om over te steken naar het eiland Comacina, dat daar – op een steenworp afstand – klaarligt om de reizigers te ontvangen. Zijn grond was getuige van zoveel strijd, maar toont nog altijd de getuigenissen van de vergane glorie. De boten zijn voor Sala niet een motief voor een romantisch tochtje over het water, maar ze waren door de eeuwen heen het onmisbare transportmiddel, zowel nu als in de tijd van ‘het wonder van San Giovanni’.
Het gebeurde tenminste vier eeuwen geleden. Een boer uit de streek werd op een avond bezocht door een pelgrim, op weg naar Rome, die hem iets te eten vroeg. De boer was arm, maar had een goed hart: hij bood de vreemdeling gastvrijheid en deelde met hem het brood en het heldere water van de bron. De reiziger at in stilte – zijn ogen waren helder, hemelsblauw – en op het moment van vertrek zei hij: “ga morgen vroeg, als de zon opkomt, naar het eiland; op de punt die naar het oosten wijst, staat een grote notenboom. Graaf onder deze boom tot het zweet op je voorhoofd staat…”. De boer probeerde een nadere uitleg te krijgen, maar de vreemdeling was al verdwenen.
De volgende dag begaf hij zich naar de aangegeven plaats en begon te graven: hij moest lang zwoegen onder de hete zon, maar tenslotte – toen hij op het punt stond op te geven, overtuigd dat hij voor de gek was gehouden – stuitte hij op een voorwerp en haalde hij een fijn bewerkte, marmeren altaarplaat uit de aarde.
Men was getroffen door dit wonder: op de plaats van de vondst richtte men in 1467 de kerk van San Giovanni op en vanaf dat moment verzamelen zich ieder jaar in juni, op de zondag na de naamdag van de heilige, de inwoners van Ossucio, Campo, Spurano en Sala, voor een processie.
Het feest van San Giovanni, dat in de hele streek bekend is, wordt voorafgegaan door een feestelijk vuurwerk, dat het kleine eiland in het Lario in duizenden kleuren zet. Een schitterend versierde boot met de relikwieën van de heilige, gevolgd door de dorpelingen, vaart van het Lido van Campo naar de plaats waar de kerk staat. Dit alles ter herinnering aan de nacht van de verschijning van de magische reiziger.