Amália Rodrigues
Amália Rodriguez kent haast iedereen als de ‘koningin van de fado’, maar staan we wel ooit stil bij de betekenis van het woord ‘fado’? Fado refereert naar ‘fatum’, het lot. De liedvorm ontstond in de Portugese armoedige kroegen en was een expressievorm die melancholie, berusting maar ook levensvreugde (feeststemming) in zich droeg. Het is deze wonderlijke combinatie van gevoelens die het levenslied de uitlaatklep maakt, de mengeling van tristesse en opperste vreugde die uiteindelijk maar één vraag in zich draagt, de meest existentiële: die van de zin van het bestaan.
É ou não é’ (Waar of niet?) is zo’n liedje die het allemaal in zich draagt. Gedragen door een onweerstaanbare vrolijke melodie, waarin op een bitterzoete wijze elke bevinding in vraag wordt gesteld, gaande van de lengte van de rok tot de grootte van de neus. Wat is de waarde van de zegswijzen en de spreekwoorden? Op een ironische wijze wordt de waarheid onderzocht. Het uiteindelijke antwoord ligt in het standpunt dat je zelf bepaalt. Daarmee is de cirkel rond.
Het is evenwel logisch dat deze beschouwingen universeel zijn. Over de hele wereld bezingen de mensen hun lot en zijn er uitlaatkleppen voorzien (carnaval) om lucht te geven aan zulke inzichten en frustraties die diepgeworteld zijn in de menselijke aard.
La Filanda
Het ‘vertalen’ van de fado is geen makkelijke opdracht! Milva waagde zich aan de vertolking ervan en ze deed dat meesterlijk! ‘La filanda’ (De spinnerij) is dan ook een onovertrefbaar Italiaans equivalent dat zeer vrolijk klinkt, maar anderzijds ook diep maatschappijkritisch is, dat de onmacht vertaalt naar ‘het toeval’, ‘het lot’, maar daarbij de hiërarchische ongelijkheden scherp stelt. De vrolijke toon vertaalt zich in spot, maar ook in zelfberusting.
Wie laat hier het spinnenwiel draaien? Dat is klaar, dat ben ik. Hoe komt dat? De zoon van de baas heeft me erin geluisd. Een nachtje ‘tussen een zucht en een vergissing’ en zo zit ik hier dan met een kind. De baas die bekommert zich er niet om, die denkt dat ik mijn topjob gevonden heb en verder aan zijn eigen winst. De zoon die ‘kon even niet zonder mij leven’, maar die denkt er nu wel anders over. Even dacht ik dat ik het wist, maar ja, ik had me er niet in moeten laten tuinen, ’t is mijn eigen fout! ‘Ahi l’amore! Ahi l’amore, Ahi l’amore che cos’è?’
Het lied zet aan tot reflectie, maar zeker ook tot vrolijkheid, en dat vooral door zijn toonzetting en de mengeling van spot en zelfspot. Een meesterwerk, daar blijf ik bij!