In 897 werd paus Stefanus, die betrokken was bij een bizar postuum proces tegen een van zijn voorgangers, vermoord. Na een aantal tussenfiguren trad in 904 Sergius III aan, gesteund door de factie uit Spoleto, die op dat moment aangevoerd werd door een intrigerende, beeldschone vrouw, Marozia, tevens maîtresse van deze Sergius. Weer later, in 914, werd Johannes X tot paus gekroond.
Deze genoot de bescherming van de moeder van Marozia, Theodora, die hopeloos verliefd op hem was en – om zoveel mogelijk in zijn buurt te kunnen zijn – zijn verkiezing tot paus bewerkstelligd had. Theodora was getrouwd met graaf Theofylactus en die twee hadden het samen met hun dochter Marozia in Rome volledig voor het zeggen. Hun familie had de clerus in de stad buiten spel weten te zetten. Pausen dankten hun positie aan hen en dansten naar hun pijpen.
In 915 trouwde Marozia onder auspiciën van Johannes X met graaf Alberik van Spoleto, met wie ze een zoon kreeg die naar zijn vader vernoemd werd. Toen Alberik stierf, stapte ze in het huwelijksbootje met Guido, een van de leiders van de Toscaanse factie. Paus Johannes X, die zich had uitgesproken tegen dat huwelijk, werd afgezet en opgesloten. Hij stierf de hongerdood in een kerker. Zijn plaats werd ingenomen door een zoon van Marozia en paus Sergius, die de naam Johannes XI aannam. De nieuwe paus was een joch van twaalf jaar, volkomen in de macht van zijn losbandige en dominante moeder, voor wie hij nu als biechtvader optrad.