Nederlandstaligen in Italië: het verhaal van Tim

Loredana en Tim
Loredana en Tim

Niet iedereen is avontuurlijk aangelegd. Toch jagen een aantal mensen hun droom achterna, ongeacht de gevolgen. Zo heb je mensen die jarenlang stiekem een droom hadden echt te gaan wonen in hun favoriete land Italië. Intussen heb je in alle regio’s van Italië wel Nederlandstaligen die zich daar definitief gevestigd hebben. Wat is hun verhaal? Hoe snel hebben ze zich aangepast? Wat missen ze het meest van hun thuisland? Volg deze reeks alleen op taste-italy.be !

Vandaag brengen we u het verhaal van de Tim en Loredana die in Umbria wonen.

Hoi, mijn naam is Tim Huwé. Ik groeide bijna letterlijk op in de gangen van de toenmalige BRT (voor de jongeren: VRT).  Mijn moeder maakte deel uit van de ploeg die programma’s maakte zoals Echo, Terloops en Afrit 9.  Mensen zoals Bob Van Bael, Jan Van Rompaey, Fred Janssen, Wilfried Bertels kwamen thuis regelmatig over de vloer.

Mijn vader werkte toen nog voor de BRT-Radio als journalist waar hij samen met mensen zoals Rudy Dufour, Dirk Tieleman, Mark Ooms en Piet Deslé de ochtendradio oprichtte. Die zorgde ervoor dat het eerste nieuwsbulletin om zes uur ’s ochtends op de radio kwam. Tot dan was dat pas om acht uur.

Zicht op La Vallata
Zicht op La Vallata

Al van kleins af aan was het heel normaal dat ik mee ging naar de BRT, want mijn ouders hadden onregelmatige werkuren en tijdens de vakanties was dat de enige optie.  De gangen, de “mess”, de televisie- en radiostudio’s en zelfs het dak van het fameuze BRT-gebouw waren mijn speeltuin, journalisten en allerhande andere mediamensen mijn mentors.

Mijn ouders spaarden meestal bijna al hun vakantie op om in de zomer met mijn zus en mij lange vakanties te kunnen ondernemen.  In een oud, wit VW-busje en met een tent reden we dan door Europa. Zelden bleven we ergens langer dan een paar nachten staan. Want wie met mijn vader reisde, zou alles van historisch-cultureel belang gezien hebben!

Ik had de reismicrobe dus al heel vroeg te pakken. Daarom voelde ik me altijd veel beter buiten de Belgische landgrenzen dan in ons landje zelf.  Ik ging dan ook vanaf mijn zestiende al alleen of met vrienden op vakantie. Daarbij deed ik in wezen hetzelfde als mijn ouders, maar op mijn eigen manier: van het ene naar het andere hoppen in de hoop zoveel mogelijk te zien.  Het was dan wel met autostop of Inter-rail, en met het oog op het zoveel mogelijk ontmoeten van de lokale bevolking, om nog meer op te snuiven van andere landen.

Ik droomde toen al vaak van een leven in één van onze zuiderse landen. Spanje stond bovenaan mijn lijst, gevolgd door Griekenland. Van Italië was toen helemaal geen sprake. Het was voor jongeren en studenten een duur land, en daarom dan ook geen optie.

Maar verder dan dromen kwam het op die jonge leeftijd natuurlijk nog niet.

Italofan? Sluit vandaag nog aan!

Een dramatische gebeurtenis op mijn achtiende bracht daar snel verandering in.  Na het overlijden van mijn vader kon ik in België mijn draai niet meer vinden. Ik begon steeds vaker en steeds langer in het buitenland te vertoeven.  Dat was toen vooral Spanje waar ik dan ook mijn eerste serieus lief tegenkwam. Daardoor zou ik maanden aan een stuk in Granada (Andalusië) doorbrengen.

Het mooie verhaal bleef echter niet duren. Daarna had ik even een relatief normaal leven in België, waar ik opnieuw een Spaanse tegenkwam. Zij was het die me “meelokte” naar Madrid waar zij vandaan kwam. Ze wilde er na haar humaniora haar hogere studies afmaken.

Ik schreef me dan maar in in de Complutense de Madrid waar ik Spaanse Filologie volgde. Na een paar jaar werd ook Madrid me te klein en ik vond er geen werk dat me lag. Dus besloot ik terug naar België te gaan om geld te verdienen en te sparen om naar Zuid-Afrika te trekken. Het land had ik al mogen ontdekken op mijn veertiende. Zes weken lang trok ik door een van de prachtigste landen die ik tot dan toe had gezien. Bovendien had ik er een oom die er ondertussen woonde.

Na bijna twee jaar werken en sparen kocht ik mijn ticket naar Jo’burg en stond te trappelen om te vertrekken.  Een paar dagen voor ik mocht opstijgen kreeg ik echter telefoon van mijn oom: “De situatie is hier aan het escaleren, ik moet vluchten voor mijn leven”… Ik liet de moed niet in mijn schoenen zinken, stapte naar de kantoren van Air France en vroeg voor welke bestemmingen ik mijn ticket kon inwisselen.

Een van mijn beste vrienden die mee was, zag op de lijst die we te zien kregen “Caracas” staan en zei: “Als je daar naartoe gaat, ga ik mee”.  Zijn tante woonde daar en hij wist me te vertellen dat Venezuela prachtig was, de beslissing was genomen.

Enfin, ik ga het verhaal niet te lang maken. Na bijna twee jaar leven en werken in Venezuela, hoofdzakelijk op het eiland Margerita, had ik het gezien.  Ik trok terug naar België, vond daar meteen werk. Na een paar maanden kwam ik op een concert van Buena Vista Social Club mijn levenspartner tegen, Loredana, de Italiaanse schone…

Al vrij snel gingen we samenwonen, we hadden beide een uitstekende job en even was ik vergeten dat ik eigenlijk niet zo graag in België woonde.  Maar we hadden het goed. Onze vriendenkring bestond hoofdzakelijk uit Spaanse Belgen. We gingen bijna elke maand een weekendje naar Rome op bezoek bij Loredana’s ouders, soit, geen klagen.

Toen we beslisten om kinderen te hebben, kwam bij mij al snel het gevoel dat ik die niet in België wou laten opgroeien. We kochten aanvankelijk wel een huis. Maar na twee jaar hield ik het niet meer uit en stelde voor om naar Italië te gaan om de droom van mijn vrouw te realiseren, een Agriturismo…

 

En zo geschiedde. We woonden een paar jaar in Rome van waaruit we op zoek gingen naar een domein dat binnen ons budget paste en waar we ons beide goed voelden. In 2002 was het dan zover. Het duurde nog tot 2003 voor we alles rond hadden.  En toen was er La Vallata, een domein van vijf hectare met een typisch Umbrisch boerenhuis van 380m². Dat deelden we in in 4 appartementen (waarvan één voor ons) en drie kamers.

Het huis was in relatief goede staat. Toch kostte het me weken aan een stuk om alles “klaar” te krijgen.  Het land was een heel ander verhaal en er moest ook nog een zwembad komen. Omdat we niet in september/oktober 2002 maar pas in maart 2003 over het huis konden beschikken, was het hard labeur om alles voor de eerste juli klaar te krijgen.  We werkten een paar maanden aan een stuk letterlijk de klok rond. Waarom zoveel werk? Dat is een lang verhaal dat ik jullie bespaar, en dat voor een keer niet met bureaucratie te maken heeft, maar  met zaken die de vorige eigenaars hadden uitgespookt.

Citroenen uit Sorrento voor eigen limoncello
Citroenen uit Sorrento voor eigen limoncello

Overdag het land in orde krijgen, ’s nachts met grote spots vloeren renoveren, plamuren, houten balken restaureren, verven… Het was ook nog eens een van de warmste jaren die we hier ooit meemaakten.  In april al temperaturen boven de 30°C, mei 35, juni over de 40… Fijn, zou je denken. Maar niet als je beton moet gieten voor een zwembad.  De zwembadbouwers wilden dan ook niet van start gaan, té warm, het beton gaat barsten… Uiteindelijk stelde ik voor om in de late namiddag te gieten, ik zou dan heel de nacht om het half uur het beton natspuiten, wat ik ook deed, de langste nacht…

Heel rudimentair was het dat eerste, en het tweede, en het derde seizoen… Ieder jaar investeerden we grote delen van onze toen nog geringe winst terug in La Vallata. Beetje bij beetje werd het wat het nu is.  Wij doen ook bijna alles zelf met ons tweetjes.  Veel zaken doen we uiteraard samen. Daarbij heeft ieder zijn eigen specialiteiten of sterke punten.

Dat was ook ons uitgangspunt toen we ermee begonnen. Zolang we zoveel mogelijk zelf kunnen doen, gaan we door.  Lori kookt, ik mag helpen. Ik serveer, Lori mag helpen. Ik ruim af en zorg dat de keuken proper is voor we ons bed inkruipen. Het ontbijt is mijn domein: vers brood ’s ochtends vroeg (niet in een broodmachine, geen kant en klare bloem, écht brood!), tafel dekken, alles klaarzetten. Nog snel het zwembad schoonmaken voor de eerste gasten aankomen. En uiteraard vaak uitgebreide gesprekken terwijl ik af en toe terug naar de keuken loop om zaken bij te halen.

 

Lori’s werk is niet evident en ook vaak niet zichtbaar voor de gasten.  Maar er komt enorm veel bij kijken achter de schermen… De schoonmaak van de kamers en appartementen doen we samen. Maar al het wassen en strijken van linnen en beddengoed, dat doet zij… Het werk is enorm, de voldoening nog groter.

We hadden het geluk dat in die jaren de “mode” om bij landgenoten op vakantie te gaan zeer populair aan het worden was. Al steek ik niet onder stoelen of banken dat mijn achternaam toen nog heel bekend was. Dat leverde een prachtig artikel op in de weekendkrant “Goed Leven”.  En dat legde ons geen windeieren.

Vanaf jaar één werkten we dan ook al relatief goed.  Na een paar jaar moesten we steeds vaker mensen weigeren en stilaan vonden we onze eigen werkwijze en stijl.  Die stijl is nogal verschillend van de meeste collega’s, en dat heeft niets te maken met concurrentie of zo.  We hebben altijd “gewoon” gedaan.  We vinden “onszelf zijn” veel belangrijker dan franjes. Dat wil uiteraard niet zeggen dat het hier rommelig is (zoals in mijn hoofd…). Hygiëne is uiteraard heel belangrijk. Maar wij houden van eenvoud en dus vind je hier eenvoud.  De natuur, de rust, de omgeving, daar hechten wij veel meer belang aan.

Dat wil niet zeggen dat het aan de nodige luxe ontbreekt. Een ruime pergola waar zowel het ontbijt – met iedere ochtend zelfgebakken 100% natuurlijk brood en andere producten van eigen makelij – als het avondeten wordt geserveerd. In het voor- en najaar kan je nagenoeg iedere avond bij ons eten. Vijf hectare land met vele zalige plekjes waar je kan genieten van het panorama, al dan niet met een boek. Of gewoon even wegdromen. Een olijfboomgaard met jaarlijkse productie van Extra Vergine Olijfolie van de beste kwaliteit. Genieten van bijvoorbeeld het E.K. op TV-Vlaanderen, gezellig met een pint of een glas wijn samen met de andere gasten. En uiteraard een frisse duik in het grote zwembad nadat je in de hitte op de trampoline hebt staan springen.  Een tornooitje ping-pong, een hevige discussie (niet echt) aan tafel, gebulderlach, gelukkige gezichten…

Uiteraard produceren we veel groenten zelf maar vaak niet genoeg om de vele magen te vullen.  We zijn lid van de lokale “producenten” vereniging waar we gelukkig bijna altijd het nodige vinden. Natuurlijk gezond, meestal synergetische producties. Bijna ieder jaar rijden we zelf naar Sorrento om er de citroenen – de enige juiste citroenen voor échte Limoncello – persoonlijk te kiezen.  Kunnen we zelf niet gaan, dan kiest Giovanni ze voor ons. De eigenaar van onze favoriete citroenproducent weet ondertussen perfect wat we willen en stuurt ze dezelfde dag op.

Ook dit jaar zijn we, ondanks de pandemie, 1200 kilometer over en weer gereden.  De voldoening komt dan uiteraard niet alleen van de citroenen die de hele terugreis geuren in de wagen. Die streek is misschien wel onze volgende levensbestemming…  Heel wat gasten komen hier ondertussen “thuis”. Velen zijn echte vrienden geworden. Iedereen komt aan als gast en vertrekt als vriend. Niets moet, alles mag.

Ik heb in geen enkel land moeite gehad om me aan te passen. Dat heeft deels te maken met het feit dat ik meestal een relatie had met iemand uit dat land. Maar ook en vooral omdat ik er altijd een punt heb van gemaakt me volledig onder te dompelen in de lokale cultuur, te beginnen met het degelijk leren van de taal.  Dat helpt niet alleen om je beter in te leven maar je wordt ook gewoon veel sneller geaccepteerd.

Hier in het dorp leek dat aanvankelijk niet zo eenvoudig.  Buitenlanders waren niet zo frequent hier, laat staan toeristen. Toen wij hier begonnen met het ontvangen van buitenlandse toeristen was dat, in het verre 2003, helemaal niet zo “normaal”.  Ik werd echter al snel aanvaard (grote mond hé). Voor ik het goed en wel besefte was ik de “talk of the town”.  Tim werd al snel Ti’ of Tiiim en uiteraard zijn er altijd diegenen die je dan “Vodafone” noemen (TIM = Telecom Italia Mobile).  Als je verloren rijdt in de buurt, kan je dan ook beter naar Tim vragen, zo’n naam vergeten ze hier niet snel. Sommigen zullen je zelfs tot hier brengen.

Men vraagt me wel eens of ik nadelen ondervind van het leven in Italië.  Ik sta daar eigenlijk nooit echt bij stil… Waar je ook woont, zijn er nadelen, of die nu sociaal of politiek zijn.  Ik denk dat als je landen zoals Zuid-Afrika en Venezuela hebt meegemaakt er weinig zaken zijn die je nog als nadeel ervaart.

Als je me vraagt wat de voordelen zijn kan ik wel heel wat pagina’s volschrijven. Ik zal het bij de cliché punten houden: prachtige natuur, een overaanbod aan cultuur en natuurlijk een gastronomie die geen gelijken kent wereldwijd. Er zijn er veel meer…

Zelfs ver zijn van familie en vrienden is niet echt een probleem. Mijn moeder en zus en vele andere familieleden komen regelmatig op bezoek. Mijn echte vrienden zie ik bijna jaarlijks verschijnen. Toegegeven, met het vorderen van de leeftijd mis ik ze wat vaker. Nu dat reizen niet zo eenvoudig meer is, sta ik daar inderdaad wel af en toe bij stil. En “chocolat” van Belgische kwaliteit, een beetje Belg is er nog wel ergens in mij!

Umbrië noch Italië zijn noodzakelijk onze laatste bestemming.  We spreken daar de laatste jaren heel vaak over.  De drie kinderen zijn de deur uit en min of meer zelfstandig. Dus plots heb je veel meer tijd om elkaar nog beter te leren kennen, ondanks de meer dan 23 jaar die we ondertussen samenzijn. De 18 jaar ook die we samenwerken, 7/7 en 24/24.  We hebben relatief concrete plannen, net de 50 voorbij beginnen we stilaan te hunkeren om die nieuwe dromen nog waar te maken.

Probleem is, dan moeten we het domein en de zaak verkopen.  Niet dat ik daar mee inzit. Ik kan de pagina omdraaien en niet meer terugkijken. Alleen doe je dat niet zomaar omdat we ieder jaar allang op voorhand een hoge bezetting hebben en we niet graag onze gasten in de wind willen laten staan.

Een ding is echter zeker, als we hier weggaan is dat richting zuiden.  België wordt het nooit meer, maar dat wist ik eigenlijk al de eerste keer dat ik echt in het buitenland woonde, nu al ruim dertig jaar geleden…

Je kunt Tim en Loredana contacteren via hun website

Over Steven Van Raemdonck 229 Artikelen
Steven Van Raemdonck is één van de oprichters van Taste Italy vzw, en neemt de voorzittersfunctie van de vereniging waar.

Taste-Italy.be maakt gebruik van cookies. Door onze website te bezoeken verklaar je je hiermee akkoord. Meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'cookies toestaan" om de surfervaring te verbeteren. Als je doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van de cookie-instellingen of je klikt op "Accepteren" dan ga je akkoord met deze instellingen.

Sluiten