Italië, de donkere eeuwen 35: De chaotische 9e eeuw

In 887, toen de laatste Karolingische keizer, Karel de Dikke, werd afgezet, was het Italiaanse schiereiland een lappendeken van kleine staten. De grootste daarvan, het Koninkrijk Italië, lag in het noorden en omvatte Ligurië, Lombardije, Emilia en een deel van Veneto en Toscane. Pepijn droeg als eerste de kroon van dit koninkrijk. Hij opgevolgd door Bernhard, die werd afgezet door Lodewijk de Vrome. Na diens opvolger Lotharius werd in 854 Lodewijk II tot koning van Italië gekroond. In 875 nam Karel de Kale plaats op de troon, in 877 Karloman en in 879 Karel de Dikke, met wie de Karolingische dynastie op weinig roemvolle wijze tot een einde kwam.

Italië viel op dat moment ten prooi aan anarchie en werd een speelbal van graven, markgraven en hertogen. Zij hadden de keizer vertegenwoordigd zolang er een keizer was geweest, maar nu vertegenwoordigden ze alleen zichzelf en hun eigen ambities. Elk van hen had zijn zinnen gezet op de kroon van Italië, die het nu zonder keizerlijke eigenaar moest doen. Ze intrigeerden, kochten om, lieten zich omkopen, tuigden legers op en stonden elkaar als bezetenen naar het leven.

Maar hoe breng je eenheid in een land dat in drie eeuwen drie verwoestende invasies heeft meegemaakt? Van politieke, religieuze, etnische en taalkundige verwantschap was geen sprake. In het noorden zaten de Franken, met Germaanse wortels; in het midden de Romeinen; in het zuiden de Byzantijnen; het hertogdom van Benevento was in handen van de Longobarden. Sicilië was een Arabische kolonie die geen betrekkingen onderhield met het schiereiland en dat ook niet wilde.

 

Over Alfons Caris 107 Artikelen
Alfons Caris is vertaler Italiaans-Nederlands en publiceert over Italië in zijn blog www.initalia.nl.