In het spoor van Romeinse keizers in Latium

Om van Rome naar het zuiden richting Napels en Pompeii te reizen, verkiezen de meeste toeristen de autosnelweg. Het loont echter de moeite om de wat tragere kustweg te volgen. Zo kom je op de wat minder platgetreden paden twee antieke bezienswaardigheden tegen die je eigenlijk niet mag missen: Terracina en Sperlonga.

Terracina

Waar het traject van de oude Via Appia, ontspruitend vanuit de hiel van Italië bij Brundisium (nu Brindisi), een bocht nam bij de kust van Latium om dan een laatste, kaarsrechte eindsprint richting Rome in te zetten, vind je tegenwoordig Terracina. Interessante trekpleister is om te beginnen de kathedraal. Die is vanaf 1204 gegroeid tussen de muren van de tempel van Roma en Augustus. Daarvan kan je nog muren en een zuil herkennen. Daarnaast vind je nog Palazzo Venditti en Torre Frumentaria op het Forum Aemilianum met zijn originele Romeinse basis. Wij willen je echter overtuigen om ook te gaan kijken naar een Romeinse tempel die vreemd genoeg volledig verdwenen is.

Monte Sant’Angelo en Pisco Montano, gezien vanaf het strand, Terracina

Tarracina, zoals de naam in de Oudheid klonk, heette tussen 600 en 500 v. Chr. nog Archna en maakte deel uit van de dodekapolis, een economisch en religieus verbond van twaalf Etruskische steden. Vanaf de stichting van de Romeinse Republiek in 509 v. Chr. werd het eigendom van de Romeinen en omgedoopt tot Tarracina.

De plek groeide na de bouw van een tempel voor Jupiter Anxur op de imposante Monte Sant’Angelo uit tot een bedevaartsoord en een soort van orakel. De kapitein van de Romeinse godenploeg, oppergod Jupiter, zou hier als jongeling worden aanbeden. De toewijzing aan Jupiter is gebaseerd op een vermelding bij de Romeinse schrijvers Vergilius en Livius. Deze laatste schreef dat verering van Jupiter Anxur zich zelfs uitstrekte tot een aantal naburige steden in de regio. Tegenwoordig lijkt men minder zeker van deze identificatie en spreekt men ook van Venus als mogelijk object van verering.

Een fenomenaal uitzicht

Geweldig panorama op Pisco Montano, Terracina.

Toen in 312 v. Chr. de moeder aller Romeinse heerbanen, de Via Appia, werd aangelegd rees de ster van Tarracina aan het firmament.

Oorspronkelijk klom de Via Appia aan de kant van de kust nog omhoog tussen de voet van de Monte Sant’Angelo, met bovenop de tempel, en de Pisco Montano, een geïsoleerde rotspunt die er los van staat op het strand.

In de tijd van Trajanus werd deze onhandige klim op de weg op imposante wijze afgevlakt, door het tracé van de Appia te verleggen naar de voorzijde van de uitstekende Pisco Montano en het voorste stuk van die rots tot een hoogte van maar liefst 36 meter weg te hakken. Dat is nu nog steeds heel duidelijk te zien, evenals de Romeinse inscripties met de meetafstanden die erop zijn gegraveerd.

Als je de moeite neemt om de Monte S. Angelo (met de auto) te beklimmen voor een blik op de resten van de Jupitertempel, word je boven beloond met een geweldig uitzicht over de Tyrrheense Zee.

Inmiddels is de tempel, die zoals je aan de fundamenten nog kan zien schuin naar het zuiden gedraaid stond om de schepen die richting Rome gingen te imponeren, helemaal verdwenen. Wel nog steeds van heinde en verre zichtbaar is het podium waarop de tempel gebouwd was. Het is de moeite om onder de bogen door te lopen en het zal je enkele boeiende foto’s opleveren.

Je moet in het winkeltje op de top wel zelf vragen of je even langs de toonbank mag naar de gipsen maquette van het complex. Die ziet er inmiddels uit alsof z

e zelf uit de oudheid overgeleverd is, maar geeft wel een goed beeld van wat je er vroeger kon verwachten. Als je vanop dit tempelpodium uit de Romeinse oudheid over de balustrade richting het noordoosten kijkt, zie je een niveau lager het middeleeuwse, en op zeeniveau het huidige Terracina. Tot het uitzicht naar het noordoosten behoort eveneens Monte Circeo, in de verte aan de kust gelegen. Dit is de plaats waar, althans volgens de Odyssee van Homeros, de heks Circe Odysseus’ makkers in dieren veranderde. Odysseus zelf komen we iets verder naar het zuiden ook tegen.

Sperlonga

Een goede tien kilometer verder zuidwaarts ligt namelijk Sperlonga, ook al aan de kust. Het oude, witte dorpje is charmant gelegen op een rots aan de kust. Bij de aanleg van de kustweg die je hierheen brengt, werden in 1959 resten van een villa gevonden. De villa kreeg al airplay bij Plinius en Suetonius en kon dus dankzij de grot worden toegeschreven aan keizer Tiberius.

Dallas aan het keizerlijke hof

De villa bij Sperlonga zou al generaties eigendom van de familie zijn geweest. Ze behoorde nog toe aan de vader van Livia. Die kennen we beter als de vrouw voor wie Augustus zijn echtgenote verliet op de dag dat ze van hun dochter Julia beviel. Livia zelf was al moeder van Tiberius en bovendien ook nog eens zes maanden zwanger van haar tweede zoon, Drusus. Augustus leek dus wel erg zeker van zijn keuze en kreeg gelijk, want het jaar voor zijn dood vierden Livia en Augustus uiteindelijk nog wat we tegenwoordig een gouden bruiloft noemen.

De troonopvolgers die Augustus doorheen de jaren had aangewezen, kwamen een voor een op hoogst verdachte wijze en bovendien erg vroegtijdig om het leven. Livia speelde hierbij waarschijnlijk een rol als Godmother avant la lettre aangezien al deze eigenaardige overlijdens tot gevolg hadden dat haar eigen zoon Tiberius uiteindelijk op de troon belandde nadat Augustus de geest had gegeven.

Men omschrijft deze Tiberius als een zonderling die zich na de dood van zijn beide zonen terugtrok op het eiland Capri. Daar entertainde hij zich volgens Suetonius in de argwanende laatste jaren van zijn leven door mensen van zijn 300 m hoog gelegen Villa Iovis op het strand te laten gooien, en gaf hij zich over aan kindermisbruik.

Grot van Tiberius, Sperlonga

Tegenwoordig waarschuwen historici wel dat Suetonius hier kritisch gelezen moet worden. Voor het zover kwam, vertoefde hij in zijn betere jaren af en toe in zijn zomerverblijf in Sperlonga. Tot het complex waar de villa deel van uitmaakt, behoorde ook een natuurlijke grot. Die kan je er naast de fundamenten van de keizerlijke villa nog steeds bewonderen.

De huidige naam Sperlonga zou dan ook afgeleid zijn van het Latijnse woordje spelunca. Dat zouden wij met ‘grot’ ofte ‘spelonk’ – hoezo, Latijn is moeilijk? – vertalen.

Suetonius en Tacitus vermelden een dramatisch verhaal dat zich hier in Sperlonga heeft afgespeeld. Tijdens een diner zijn ooit delen van de grot naar beneden gekomen. Die verpletterden een deel van de gasten en de slaven, evenals de majestueuze beelden. Keizer Tiberius werd gered door Sejanus die de keizer beschermde door zich op hem te storten.

Sejanus werd hier later voor beloond, onder meer door de functie van prefect van de keizerlijke garde. In de jaren dat Tiberius zich afzonderde op Capri leidde hij zelfs de facto het keizerrijk. En dat voor een man die Drusus, de zoon van de keizer, uit machtswellust had laten vergiftigen. Helaas kwam de keizer daar pas acht jaar later achter, wat uiteraard wel leidde tot de terechtstelling van Sejanus.

Niemand

De monumentale beeldengroepen, die wonderwel minutieus weer in elkaar gepuzzeld zijn uit duizenden fragmentjes. Ze worden toegeschreven aan Agesander, Athenodoros en Polydoros. Het zijn niet de minsten: zij zouden ook de Laocoöngroep op hun palmares hebben staan. Dat is een beeld dat zo wereldberoemd is dat zelfs absolute leken het kennen.

Een ticket geeft toegang tot het aanliggende museum en de site zelf. Het is er klein en dat is waarschijnlijk de reden dat je het met een beetje geluk helemaal voor jezelf hebt. Nog een reden te meer om het zeker niet links te laten liggen. In het museum komen we een reusachtig tafereel tegen waarbij Odysseus en zijn mannen, opgesloten in de grot van de cycloop Polyphemus, de zijn roes uitslapende cycloop te lijf gaan met zijn eigen, puntig gemaakte staf. Nadat hij had ontdekt dat ze ongevraagd zijn voedselvoorraad hadden aangeboord, was hij ze een voor een beginnen opeten.

Je zal onder de indruk zijn van de slapende cycloop die bijna drie keer zo groot is als een volwassen man. De listige Odysseus offerde hun wijnvoorraad op om hem in slaap te doen sukkelen. Wanneer ze zijn enige oog uitgestoken hebben, roept de woedende cycloop om hulp naar zijn broers. Die komen echter niet omdat hij antwoordt dat “Niemand” – zoals Odysseus zich in dialoog met de cycloop had genoemd – dat heeft gedaan. Daarna moeten ze nog zien te ontsnappen uit de grot. De blinde eenoog betast echter elk van zijn schapen dat de grot uitrent. Daarom houden Odysseus en zijn mannen zich onderaan de buik van een schaap vast en weten zo te ontkomen. Odysseus kan het niet laten om na hun ontsnapping nog even zijn echte naam te roepen.

Verder zien we het zeemonster Scylla, met een vrouwenlichaam waaruit honden groeien die Odysseus’ mannen te grazen nemen, terwijl ze met haar ene hand de scheepsboeg vastneemt en met haar andere een van de roeispanen in het rond zwaait. Een voorbeeld van hoe de hellenistische beeldhouwkunst een perfectie heeft bereikt waarbij de beeldhouwers de meest uiteenlopende vormen en onderwerpen in alle mogelijke dimensies kunnen weergeven.

Voorts zijn er nog de diefstal van het Palladium en het beeld van de godin Athena. Daarvan zei men dat zolang het in Troje zou staan, de stad niet kon worden ingenomen. Het beeld hier toont waarschijnlijk het moment waarop Odysseus zijn kompaan Diomedes wil doden om alle eer zelf te kunnen opstrijken, maar dat plannetje mislukt. We zien Odysseus ook wanneer hij de gesneuvelde held Achilles van het slagveld af draagt.

Slenteren langs de keizerlijke ruïnes

Villa Tiberius, grondplan, Sperlonga

Eenmaal het kleine museum door, kan je buiten gaan bewonderen hoe de villa er in de Oudheid heeft uitgezien. Je slentert langs de keizerlijke ruïnes tot aan het strand. Daar is boven de grot de knappe jongeling Ganymedes te zien, die Zeus (in de gedaante van een adelaar) ontvoert. Hij bevordert hem tot wijnschenker van de goden.

Om de grot zelf binnen te wandelen, moet je langs de aangelegde visbassins lopen. Daar zwommen vroeger dure exotische vissen, waarschijnlijk de equivalenten van de koikarpers van vandaag. De beelden met als centraal thema Odysseus stonden in de grot en aan weerszijden van de ingang opgesteld. Je moet je inbeelden dat de luxueuze eetkamer met aanligbedden voor de keizer en zijn gasten op het kleine kunstmatig aangelegde eilandje in zijn visbassins lag.

Als je in het thema wil blijven en toch op weg bent naar Napels, kan je in het museum van Baia het nymphaeum van Claudius, opvolger van Caligula die op zijn beurt Tiberius had opgevolgd, gaan bekijken. Ook daar zie je de cycloop Polyphemos, maar dan op het moment waarop de listige Odysseus hem dronken voert.

Taste-Italy.be maakt gebruik van cookies. Door onze website te bezoeken verklaar je je hiermee akkoord. Meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'cookies toestaan" om de surfervaring te verbeteren. Als je doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van de cookie-instellingen of je klikt op "Accepteren" dan ga je akkoord met deze instellingen.

Sluiten