Neen, Dante heeft geen gelijk!
Samen met Venetië, Pisa en Amalfi vormde Genua de vier historische Maritieme Republieken (le repubbliche marinare). Vanaf de 10de eeuw controleerden ze in wisselende machtsverhouding de Italiaanse zeehandel. Waar de eerste drie hun mercantiele rol hebben vervangen door het toerisme, blijft Genua nog steeds de belangrijkste haven van het schiereiland.
Daardoor raken haar toeristische troeven op de achtergrond. Dat is jammer want de stad heeft de bezoeker heel wat te bieden. Om in de sfeer te komen, zou je het boek “La Superba” van Ilja Leonard Pfeijffer kunnen lezen. Het verhaal speelt zich dan ook volledig af in de schichtige historische steegjes van deze wereldstad.
Middeleeuws centrum
De titel La Superba, ‘de trotse’, werd de stad toebedeeld door Petrarca. Al reserveert Pfeijffer deze naam voor het mooiste meisje van Genua dat in een van de vele typische bars werkt in en rond de Piazza delle Erbe. Bar Berto, waar de leidingen van de tapkranen uit het plafond komen, is zo’n voorbeeld. Zo zijn we onmiddellijk beland in het middeleeuws centrum dat zich in de vorm van een antiek theater rond de oude haven heeft opgebouwd. Het is een wirwar van smalle steegjes, caruggi, soms amper een meter breed maar vele verdiepingen hoog.
Alleen als je plots op een pleintje botst maakt de zon een kans. Zoals op de Piazza San Giorgio waar de gelijknamige kerk zich boven op de winkels bevindt, wellicht op de plaats van een vroegere Romeinse tempel. Het symbool van Sint-Joris, een wit veld met een rood kruis, is sinds 1109 het wapenschild en valt dan ook overal te bewonderen, vaak fier gedragen door 2 griffioenen.
Bezoek dit middeleeuwse labyrint gedurende de dag terwijl alle winkels nog open zijn. Het is een zeer levendig centrum en je kunt er heerlijk en relatief goedkoop tafelen zoals in de Sottoripa. Daar springt de vis als het ware rechtstreeks vanuit het water over de straat uw bord binnen. ’s Nachts is deze buurt eerder het terrein van het duistere nachtleven en de dealers. De Via della Maddalena en de Via San Lorenzo fungeren dan zowat als de aders die door dit oude stadsgedeelte heen lopen.
Prachtige paleizen
Iets hogerop vinden we de rijkere stad waarvan vooral de Via Garibaldi in het oog springt. Hier bouwde de elite zijn renaissancepaleizen. Sommige daarvan werden omgebouwd tot musea en staan vandaag open voor het publiek, zoals het Palazzo Rosso, Doria, Tursi en Bianco met de pinacotheek. We vinden er werken van de allergrootste meesters, van Memling tot Gerard David en van Caravaggio tot Rubens. Ze getuigen van het toenmalige drukke handelsverkeer tussen de lage landen en noord Italië. Ook de Via Balbi herbergt een pareltje: het Palazzo Stefano Balbi, beter bekend als het Palazzo Reale. Het interieur werd ingericht als een soort van mini-Versailles met als blikvanger de Galleria degli Specchi of de Spiegelzaal.
Zoals elke Italiaanse stad barst ook Genua van de kerken. Blikvanger is de gotische kathedraal San Lorenzo met de opvallende horizontale wit-zwarte structuur die aan de duomo van Siena doet denken. Daarnaast is ook de SS Annunziata met haar weelderige interieur een must en in de doolhof van de middeleeuwse steegjes ontdekken we nog pareltjes zoals de San Mateo en de San Donato. Shoppen doe je dan weer in de Via XX Settembre die begint aan de Piazza De Ferrari. Rond dit plein, getooid met een enorme fontein, vind je ook het Palazzo Ducale en het Teatro Carlo Felice. De winkelstraat brengt je onder andere naar de levendige Mercato Orientale die elke werkdag open is, zowel in de voor- als in de namiddag. Met uiteraard een lange Italiaanse middagpauze.
Genua en het water
Vanaf het water wordt het zicht op de stad jammer genoeg gedegradeerd door de Sopraelevata, een soort van mini-autostrade die als een lange brug volledig tussen het water en de stadsrand loopt. Daarom richten we onze blik op de haven, sinds eeuwen de bron van alle rijkdom van de stad.
Hier heeft de locale architect Renzo Piano zich mogen uitleven. Hij creëerde een pracht van een wandelruimte op de oude kaden met als blikvanger de Bigo, een meerarmige kraan. Er is eveneens een panoramische lift voorzien. Verderop liggen nog een piratenschip en het befaamde Aquarium. Daarrond vinden we dan talloze restaurantjes, bars, winkeltjes en uiteraard de alomtegenwoordige straatmarkt van de illegale migranten. Maar wat je echt niet mag missen is het Museo del Mare. Zonder twijfel een van de interessantste in zijn soort dat we ooit hebben mogen aanschouwen. Vooral de afdeling rond de Italiaanse migratie naar Amerika, of La Merica zoals de Genuezen het noemden, loont meer dan de moeite.
Nu we het toch even over Amerika hebben: bijna waren we nog vergeten te vermelden dat Genua ook de thuishaven is van Christoffel Colombus. Eigenaardig dat een Genuees, weliswaar in Spaanse dienst, er medeverantwoordelijk voor was dat de wereldhandel zich in de 16de eeuw verplaatste van de Middellandse Zee naar de oceanen. Even opmerkelijk is dat zijn thuisstad als enige Italiaanse haven deze ommekeer toen wist te overleven en er nu nog steeds de vruchten van plukt.
Panorama en sightseeing
Wie van een mooi panorama over de stad wil genieten, kan aan de westkant van de Via Garibaldi de lift nemen naar het Castelletto. Een leuk alternatief is de Balbi-Dogali-lift die je naar het Castello D’Albertis brengt. De cabine rijdt eerst 236 meter horizontaal om pas daarna 70 meter loodrecht te stijgen. Een eigenaardige gewaarwording! Ook vanaf de Villetta Di Negro, een aardig park vlakbij de Piazza Corvetto, heb je een heerlijk uitzicht over de havenstad. Eveneens aan te raden is de sightseeingbus die vertrekt vanaf de haven (Piazza Caricamento). In een uurtje doorkruist hij de volledige stad en er zijn 8 stopplaatsen. Een ticket blijft 24 uur geldig zodat je de tijd kunt nemen om elke wijk rustig te bezoeken. Je neemt gewoon de volgende bus om je rondreis verder te zetten.
In Italië hebben we ons al vaker laten inspireren door Dante. Maar ditmaal kunnen we een van de grondleggers van de Italiaanse literatuur geen gelijk geven als hij schrijft: “Ahi Genovesi, perchè non siete voi del mondo spersi?” (Genuezen, waarom zijn jullie niet van de aarde weggeveegd?). Dante baseerde zich op de misdadige edelman Branca Doria die hij in de hel situeerde. Maar Dante is nooit in Genua geweest. Wij gelukkig wel.
Lees alle andere bijdragen over Ligurië