Mythen en sagen vind je overal ter wereld, zo ook in de streek rond het Comomeer. In deze reeks komen de oude volksverhalen, die van generatie tot generatie daar zijn doorverteld, weer tot leven.
Het verhaal speelt in de 17e eeuw toen de gebieden van Como en Milaan geteisterd werden door de pest en er overal grote armoede heerste. De bossen tegen de berghellingen langs het meer waren rijk aan kastanjebomen, die jaarlijks een grote opbrengst hadden. Deze kastanjes waren in de wintermaanden voor arme gezinnen het belangrijkste basisvoedsel. Helaas is het niet eenvoudig kastanjes over te houden want ze worden snel aangetast door insecten en schimmels. Om de oogst niet verloren te laten gaan zit er niets anders op dan de vruchten zorgvuldig te selecteren en de aangetaste er uit te halen en meteen te vernietigen of aan de varkens te voeren.
Het volgende verhaal vond plaats bij een Mariakapel aan het voetpad dat naar Pianaga leidt.
In de tijd van de kastanje oogst was het de gewoonte dat iedereen die van het bos afdaalde met noten een deel van de vruchten achterliet in een mandje dat daartoe naast de kapel stond en dat dagelijks geleegd werd door de nonnen van de Zusterschap van de Heilige Marta.
Zo kwamen er op een dag een arme weduwe met haar zoon het pad af met twee zakken kastanjes. Bij de kapel aangekomen nam ze een van de twee zakken en schudde die leeg in het mandje. Haar zoon, wetend hoeveel moeite het zijn moeder kostte om het gezin te voeden, vond deze gift overdreven. Toen hij zijn moeder daarop aansprak, antwoordde ze: “Taas, nin, ul sacch che hoo daa via l’è quell di castègn büüs. Ma hoo prega la Madona, che la me vèed in de’l cöör e che la cunuss la nostra miseria disperada, de vègh pazienza per quest’ann e de ciapà ul scaart, perché semm minga in cundiziùn de töss föde bùca quij poch castègn bun che emm pudüütrà insemm” (Zwijg, mijn zoon, de zak die ik gegeven heb is die met aangetaste kastanjes. Maar ik heb de Madonna gebeden om dit jaar geduld te hebben en deze rommel te aanvaarden omdat we niet in de gelegenheid zijn om afstand te doen van de weinige kastanjes die we verzameld hebben).
De jongen vond het desondanks maar niets en verontschuldigde zich in gedachten bij de Madonna.
De Heilige Maagd echter, die wist dat deze mensen geen slecht karakter hadden en dat ze door nood gedwongen waren, nam de aangetaste noten daarom aan en vroeg de Heer deze ongelukkigen te vergeven en te helpen. Deze zorgde er daarop voor dat alle noten van de weduwe dat jaar niet aangetast werden en dat ook de kleine hoeveelheid voldoende was voor de hele winterperiode.