De spectaculaire stunt van Giovanni Bassanesi

Farman F-200 copyright 1000aircraftphotos.com

Het verhaal van Giovanni Bassanesi is vandaag niet meer zo gekend, maar indertijd prijkte zijn naam op zowat alle Europese kranten. De reden? Hij was bedenker én uitvoerder van een bijzonder gewaagde en spectaculaire antifascistische actie in 1930. Hier zijn verhaal.

Bassanesi werd geboren in Aosta op 27 maart 1905.  Hij behaalt een diploma als basisschoolleraar, maar gaat werken in het fotolaboratorium van zijn vader. Al snel ontwikkelt hij sterke politieke gedachten tegenover het fascisme.

Daarom emigreerde hij in 1927 naar Parijs. Hij zette zijn werk als fotograaf daar voort, maar schreef zich tegelijk in aan de rechtenfaculteit van de Sorbonne. Het is in de Franse hoofdstad dat hij Carlo Rosselli op het lijf loopt. Rossetti is, samen met zijn broer Nello en anderen, oprichter van Giustizia e Libertà, een antifascistische beweging.

Hij sluit zich initieel aan als lid van de Italiaanse Liga voor de Mensenrechten, maar blijft er niet omdat hij de communistische idealen van de meerderheid niet deelde.

Vlucht over Milaan

Portet van Giovanni Bassanesi

Als politiek balling in Parijs wil de jonge Bassanesi graag tot de actie overgaan. Hij stelt aan Giustizia e Libertà voor om een propagandavlucht te maken over Milaan, waarbij hij pamfletten zal uitstrooien voor democratie en tegen het fascisme. Milaan was, niet te vergeten, de stad waar het fascisme eigenlijk ontstaan was…

Het idee voor de vlucht haalde Bassanesi vermoedelijk bij dichter-soldaat Gabriele d’Annunzio. Die had al eens zulke stunt uitgehaald op 9 augustus 1918 met pamfletten boven Wenen. Op het ogenblik van het voorstellen van het idee heeft Bassanesi geen vliegbrevet. Maar laat zo’n pietluttigheden een mooie stunt niet in de weg staan. Hij  was immers gefascineerd door vliegen. Ondanks zijn luchtziekte slaagde hij erin om zijn vliegbrevet te halen.

Het vliegtuig zelf wordt bekostigd met spaarcenten van Carlo Rosselli. Hij weet een vliegtuig, een Farman F-200 uit 1929, op de kop te tikken. Met amper 30 vlieguren op zijn teller gaat Bassanesi over tot de actie. Een ervaren Franse piloot vliegt mee van Parijs naar Bellinzona, Zwitserland.  Op 11 juli 1930 staat hij er alleen voor.

Op een geïmproviseerde landingsbaan in Lodrino (kanton Ticino) wachten een aantal handlangers waaronder financier Carlo Rosselli. Ze hebben maar liefst 150.000 pamfletten klaarstaan, te veel om op de vlucht mee te nemen. Dan maar de parachutes er uit om plaats te besparen…

Om 12u45, op het moment dat fabrieken en kantoren leeglopen voor de lunch, vliegt Bassanesi boven Milaan, op klaarlichte dag. Zijn kompaan Gioacchino Dolci dropt de 150.000 vlugschriften  die oproepen tot burgerljke ongehoorzaamheid en democratie boven de stad. Daarna keert het toestel terug naar Zwitserland rond 13u30.

De Italiaanse luchtmacht staat perplex. Tegen de tijd dat negen jachtvliegtuigen opstijgen vanaf Taliedo, is de vogel al lang gevlogen.

Vliegongeluk

Bassanesi’s kompaan in de vlucht, Gioacchino Dolci

Op de terugvlucht laat Bassanesi zijn metgezel Dolci achter in Lodrino. Hij vliegt alleen verder naar Zürich. Maar op de Gotthard-skilift stortte hij vanwege het slechte weer neer en brak daarbij zijn linkerbeen. De Zwitserse autoriteiten nemen hem gevangen en men berecht hem op 22 november 1930 in Lugano.

Bassanesi wordt veroordeeld tot vier maanden gevangenisstraf (die hij al had uitgezeten) wegens overtreding van de voorschriften van de luchtvaart. In hetzelfde proces wordt Rosselli vrijgesproken, maar moet het Zwitsers territorium verlaten.

Terug in Parijs werd Bassanesi gedwongen opnieuw te emigreren naar Brussel, waar hij zich inschreef aan de faculteit politieke wetenschappen. Aan de Université libre de Bruxelles, inspireert hij Leo Moulin om pamfletten en correspondentie te bezorgen aan andere leden van Giustizia e Libertà tijdens een studiereis naar Italië. Moulin wordt daarbij gearresteerd, en het Milanese hoofdkwartier van Giustizia e Libertà wordt grotendeels ontmanteld.

Ballingschap

Tussen 1931 en 1936 werd Bassanesi meerdere malen gearresteerd en verbannen uit verschillende plekken in Europa: op 8 november 1931 in Konstanz (Duitsland); op 6 februari 1933 in Hamburg, omdat hij zich niet aan het eerdere uitzettingsdecreet had gehouden. Men begeleidt hem naar de Deense grens. Op 13 maart 1933 verbant men hem uit Nederland en vervolgens wijst Groot-Brittannië hem af.

Op 21 april van datzelfde jaar werd hij door de Franse politie aangehouden en naar de Belgische grens begeleid. In België werd hij onmiddellijk gearresteerd wegens valsheid in geschrifte en, hoewel hij werd vrijgesproken, werd hij uitgewezen naar Luxemburg. Van hieruit kon hij dankzij een tijdelijke vergunning terugkeren naar Frankrijk.

Fascistische vervolging

Bassanesi’s echtgenote, Camilla Restellini

Intussen had hij de socialistische ballinge Camilla Restellini ontmoet en was met haar getrouwd. Hij kreeg met haar drie kinderen. Op 12 december 1936 vertrok hij vanuit Nice naar Spanje. Daar fungeert hij als fotojournalist tijdens de Spaanse Burgeroorlog. Ook in Spanje werd hij nog drie keer gearresteerd, onder meer omdat hij ervan werd beschuldigd een provocateur te zijn. Op 8 juni 1939 keerde hij terug naar Italië, waar hij zich overgaf aan de fascistische autoriteiten. Mussolini verleende hem echter gratie en beval zijn vrijlating.

In september 1939 werden Bassanesi en zijn vrouw opnieuw gearresteerd en in hechtenis genomen[4], omdat ze pamfletten hadden verspreid waarin de vrede werd geprezen. Bassanesi werd opgesloten in een psychiatrische inrichting in Napels en hun kinderen werden overgebracht naar een instelling.

Op 10 juni 1940 werd hij overgebracht naar het psychiatrisch ziekenhuis van Nocera Superiore, vervolgens naar het psychiatrisch ziekenhuis van Nocera Inferiore en tenslotte naar het ziekenhuis in Collegno. Daar kon echtgenote Camilla hem eindelijk bezoeken.

Dankzij een psychiatrische beoordeling door professor Visintini, die hem geestelijk gezond verklaarde, kon hij uit het gesticht worden ontslagen. Men stuurde hem terug naar de gevangenis in Ventotene, waar hij de pech had te stoten op een directeur die hij zelf nog had aangegeven. Die stuurde hem vervolgens weer terug naar het gesticht in Napels.

Na tweeënhalf jaar in het gesticht te hebben doorgebracht, slaagde Camilla erin de voogdij over haar echtgenoot te verkrijgen, die als ‘incompetent’ was verklaard. Dankzij de voorspraak van Maria José van Savoye kon Bassanesi terugkeren naar Aosta.

Verzet en de naoorlogse periode

Voor het einde van de oorlog werd hij nog twee keer kortstondig gearresteerd als tegenstander van het fascisme en de Italiaanse Sociale Republiek. Hij stond dicht bij de Actiepartij en de Giustizia e Libertà-brigades van deze groep. In de gevangenis beschuldigde hij de gevangenisarts ervan een verklaring van natuurlijke dood te hebben opgesteld voor een politieke gevangene die waarschijnlijk door de politie was vermoord.

Na de oorlog slaagde hij er uiteindelijk in een vaste baan als basisschoolleraar te krijgen. Eens revolutionair, altijd revolutionair blijkbaar, want hij verloor zijn  job snel weer na meningsverschillen met de directrice. Die had een aantal cijfers in het schoolregister gewijzigd ten gunste van een aantal leerlingen.

Een mens zou er voor minder onderdoor gaan. Zo ook Bassanesi. Verarmd en psychologisch op de proef gesteld door alle herhaalde vervolgingen, werd hij opnieuw gearresteerd. Dit keer beschuldigde men hem van mishandeling en ondervoeding van zijn kinderen. De gevangenisarts, die hij zelf tijdens het fascisme had aangeklaagd, liet hem opnieuw geestesziek verklaren. Hij werd daarop opgesloten in het strafgesticht van Montelupo Fiorentino, waar hij op 19 december 1947 overleed. Hij was slechts 42 jaar oud.

Hoe vergaat het de anderen?

Zijn echtgenote, Camilla Restellini, die eveneens geïnterneerd was in een psychiatrische inrichting in Aversa, liet men later vrij. Zij woonde met haar kinderen in Aosta tot 1952. Daarna verhuisde ze naar Rome, waar ze een agentschap oprichtte dat gespecialiseerd was in technisch-linguïstische diensten voor congressen, conventies en vergaderingen.

Zijn compagnon de route op de vlucht, Gioacchino Dolci, vluchtte in 1939 naar Argentinië. Hij trouwde er, kreeg drie kinderen en kwam uiteindelijk pas in 1961 definitief terug naar Italië. Daar ging hij werken voor de nucleaire afdeling van AGIP tot aan zijn pensioen. Hij kreeg de eretitel Commendatore dell’Ordine al Merito van de Republiek Italië. Dolci overleed in 1991 op zijn 87, en overleefde dus ruimschoots Bassanesi.

Het bloed kruipt waar het niet gaan kan: Giovanni’s kleindochter, Michelle Bassanesi, is ook piloot bij de luchtmacht…

Over Steven Van Raemdonck 265 Artikelen
Steven Van Raemdonck is één van de oprichters van Taste Italy vzw, en neemt de voorzittersfunctie van de vereniging waar.

Taste-Italy.be maakt gebruik van cookies. Door onze website te bezoeken verklaar je je hiermee akkoord. Meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'cookies toestaan" om de surfervaring te verbeteren. Als je doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van de cookie-instellingen of je klikt op "Accepteren" dan ga je akkoord met deze instellingen.

Sluiten