Familiebedrijf Edelweiss uit “città della ceramica” Nove
Het is juni als we in Noord-Italië op weg zijn naar Nove, maar we kunnen nu pas genieten van één van de eerste lentedagen van het jaar. Nove is gelegen aan de oevers van de Brenta in de regio Veneto, vlakbij Vicenza en aan de voet van de Dolomieten. Nove doet haar naam als ‘Città della Ceramica’ eer aan. Bij het binnenrijden van het stadje zien we bijna op iedere straathoek wel een fabriekje tussen de woonhuizen staan dat bij ons al lang naar het industrieterrein verbannen zou zijn. Maar in Nove floreert de keramiekindustrie gewoon in de woonwijken.
Vandaag kennen we het Italiaanse keramiek voornamelijk als rijk beschilderde schalen en borden met bijvoorbeeld tomaten en olijven. Daar is wel wat aan vooraf gegaan. Reeds vanaf 1600 wordt er in Nove keramiek gemaakt. In de zeventiende eeuw stijgt in Europa de vraag naar het kostbare Chinese porselein. Nederlandse keramisten imiteerden dit en veroorzaakten een invasie op de markten van de Republiek Venetië. In 1728 werden pogingen ondernomen om die import te verminderen door het stimuleren van lokale productie. Zo werden de belastingen verlaagd voor degenen die porselein konden produceren.
Een gedenkwaardig moment voor de lokale productie was de komst van Giovanni Battista Antonibon. In 1727 begon hij in het oude huis van zijn vader in Nove een fabriek die zou uitgroeien tot één van de belangrijkste keramiekfabrieken in de Republiek Venetië. In de daarop volgende jaren zorgt het wijdverbreide gebruik van terraglia – een goedkoop mengsel van klei uit Engeland met een witte uitstraling – tot een onverwachte concurrentie tussen het Italiaanse keramiek en het Chinese porselein, mede dankzij de Antonibon fabriek. Zij slaagden er immers in een formule te ontwikkelen die de Engelse klei imiteerde.
In de eerste decennia van de twintigste eeuw vindt er een verschuiving plaats van de klassieke stijl van de voorgaande eeuwen en komt er een modernere lijn. Edelweiss Ceramiche, het doel van ons bezoek ligt ook tussen de woonhuizen. Als we aanbellen, wordt het hek automatisch geopend en komen we via de hal van het woonhuis op een binnenplaats die naar de ingang van de fabriek leidt. Bij binnenkomst zien we gelijk de twee grote ovens. We worden omgeven door stapels keramiek, borden, schalen, kopjes en flessen in allerlei soorten en maten. Alles is rijkelijk gedecoreerd met tomaten, olijven, citroenen, die voor een ultiem Italiaans gevoel zorgen.
We worden hartelijk verwelkomd door Roberto en Miriam, de directeur en zijn vrouw, die ons vol trots hun bedrijf presenteren. Ze vertellen ons dat in 1970 Francesco Morlin, de vader van Roberto,’Ceramiche Artistiche Edelweiss’ heeft opgericht. Ondanks de nabije bergen klinkt ‘Edelweiss’ niet meteen Italiaans. Miriam vertelt dat haar schoonvader destijds de naam ‘Edelweiss’ op een pakje sigaretten zag staan. Hij vond het een erg mooie naam, het liet hem niet meer los. Toen hij zijn bedrijf oprichtte, had hij snel beslist hoe hij het wilde noemen.
Edelweiss is een echt familiebedrijf, waarin tot vandaag verschillende familieleden werkzaam zijn. De Morlins combineren de ambachtelijke kunst van het keramiek maken met het creëren van moderne voorwerpen, geïnspireerd door de natuur maar altijd met respect voor de traditie van het verleden. Vanuit de wens om producten van een hoge kwaliteit te bieden, wordt alles volledig met de hand gemaakt en beschilderd. Van traditioneel tot modern, bij Edelweiss zijn ze steeds op zoek naar die perfecte lijn, of dat ene ontwerp, om zo aan de wensen van de opdrachtgever te voldoen.
De opdrachtgever kan kiezen uit de bestaande collecties, maar alle producten kunnen ook aangepast worden aan individuele wensen die met behulp van de vakmensen van Edelweiss worden gerealiseerd. Er wordt steeds geïnvesteerd in nieuwe technologieën. Voor de realisatie van de producten worden alleen de beste mengsels van lakken gebruikt, zonder giftige stoffen zoals lood. Roberto Morlin is van mening dat de beste investering voor een goede commerciële toekomst ligt in het nastreven van kwaliteit. Door terug te grijpen naar de ouderwetse manier van keramiek maken, dus met de hand vervaardigde voorwerpen, zorg je dat het symbool “Made in Italy” ergens voor staat.
Het gebruikte basismateriaal is een mengsel van klei uit de regio. Deze wordt in stukken verdeeld en op maat gesneden. In een handbediende machine zit de desbetreffende mal die nodig is om een schaal of bord met of zonder reliëf te vormen. Daarna wordt alles met de hand schoongemaakt en loshangende stukjes klei verwijderd. Alles wordt op mobiele rekken gezet, zodat het na het drogen, (afhankelijk van het formaat en de tijd van het jaar, duurt dit ongeveer een dag), zo de oven in gereden kan worden. Duizend graden en twaalf uur verder, komt het keramiek uit de oven. Vervolgens gaat het naar de decoratieafdeling waar alles met de hand wordt beschilderd.
De schilders volgden allen een speciale vakopleiding voor het schilderen op keramiek aan een school in Nove. Na het beschilderen wordt ieder stuk in een bad van witte vernis gedoopt. Hierdoor verdwijnen de beschilderingen, maar die komen weer te voorschijn nadat alles voor een tweede keer 12 uur op 1000° in de oven heeft gestaan. Hierna zien we de kleurige en fleurige beschilderingen waarvoor het keramiek zo bekend is. Na het inpakken is het keramiek klaar om naar klanten uit heel Europa verstuurd te worden. Het keramiek van Edelweiss is in Italië ondermeer verkrijgbaar in twee eigen winkels aan het Gardameer. In Nederland en België kan u terecht in de webwinkel ItaliaShopping.nl van La Gestione (www.italiashopping.nl of info@italiashopping.nl ).
Dit artikel verscheen in Buonissimo magazine nr 1 uit 2013.