In deze reeks laten we ons licht schijnen op de Italiaanse gastronomie, meer bepaald op typische ingrediënten, streekproducten en voedingswaren die zo eigen zijn aan de rijke Italiaanse keuken.

Grissini Piemontesi

I grissini sono un tipo di pane originario del Piemonte. Ne andava pazzo Napoleone Bonaparte tanto che, all’inizio del XIX secolo avviò un servizio di corriera tra Torino e Parigi per il trasporto di quelli che chiamava i bastoncini di Torino.

Essendo ottenuto tramite un impasto di farina 00, lievito, sale e acqua, il grissino è un pane particolare perché è privo di mollica. Il motivo di ciò è molto interessante: nel 1679, venne chiesto al fornaio di corte Antonio Brunero di realizzare un tipo di pane da far mangiare al piccolo (e futuro re) Vittorio Amedeo II perché non riusciva a digerire la mollica del pane.

Caratterizzati da una forma  tradizionalmente lunga, stretta e nodosa, i grissini sono conosciuti in Italia e all’estero. Grazie alla loro semplice conservazione e modalità d’utilizzo, possono essere sgranocchiati a tutte le ore del giorno da soli o accompagnati da cibo dolce e salato.

 

 Grissini van Piemonte

Grissini zijn een soort brood dat oorspronkelijk uit Piemonte komt. Napoleon Bonaparte was er zo gek op dat hij in het begin van de 19e eeuw een koeriersdienst tussen Turijn en Parijs oprichtte om wat hij “Turijnse stokjes” noemde, te vervoeren.

Gemaakt van een deeg van 00 meel, gist, zout en water, is de broodstengel een speciaal brood omdat het geen kruim heeft. De reden hiervoor is zeer interessant: in 1679 werd de hofbakker Antonio Brunero gevraagd een broodsoort te maken die de jonge (en toekomstige koning) Victor Amadeus II zou kunnen eten, omdat hij geen broodkruimels kon verteren.

De broodstengels, die worden gekenmerkt door hun traditioneel lange, smalle en knoestige vorm, zijn in Italië en daarbuiten zeer bekend. Dankzij hun gemakkelijke bewaar- en gebruikswijze kunnen ze op elk uur van de dag worden gegeten, alleen of samen met zoete en hartige hapjes.