Van alle eilandjes in de Golf van Napels, in het Italiaans isole partenopee of isole flegree genaamd, is Procida het kleinste, maar ook het mooiste en het meest authentieke: vele malen ongerepter dan het overvolle Ischia en het mondaine Capri. Je zal hier tevergeefs zoeken naar thermale baden of merkkledij, daarvoor kan je op de andere eilanden terecht.  Wat maakt dit eiland, dat gekozen werd tot Italiaanse culturele Hoofdstad in 2022, dan zo interessant?

Vertel dit goed bewaarde geheim vooral niet verder!

 

Hier geen massatoerisme

Voor wie twijfelt aan de uitspraak: wie wil doorgaan voor een Italiaan, legt de klemtoon steevast vooraan en zegt Pròcida. Procida bevindt zich op slechts een half uurtje varen van Napels. Al vanop het water trekken de huisjes van de Marina Grande (de naam is ietwat misleidend…) de aandacht met hun pittoreske pastelkleuren. Dat de gevels van dichtbij afgebladderd blijken, maakt ze niet minder charmant. De vissershuisjes zijn niet zomaar kleurrijk, maar zorgden ervoor dat iedere visser van ver zijn eigen huis kon herkennen. Hier geen massatoerisme: je vindt enkel kleine hotelletjes en B&B’s. De totale oppervlakte van dit halvemaanvormige eilandje bedraagt amper 4,1 km2. Procida telt slechts een luttele 10 000 inwoners.

Hoogste punt van het eiland, terra murata

De oudste sporen van bewoning dateren van de Myceense tijd. Het waren Griekse kolonisten die in de golf van Napels kolonies stichtten, vandaar de term Groot Griekenland of Magna Graecia. Procida heeft altijd een strategische ligging gehad en was daarom voor piraten bijzonder interessant. Dat Procida een sterke band heeft met het zeemansbestaan, blijkt ook uit het bestaan van het Istituto Nautico, dat in 1833 opgericht werd door de Bourbons. Ze deden dit als dank voor het alleenrecht op de jacht dat ze sinds 1744 (Karel III) uitoefenden op Procida. Men leefde op Procida niet alleen met en voor, maar ook van de zee. Naast visvangst is ondertussen toerisme een belangrijke vorm van inkomsten, net als jobs op het vasteland.

Rondkuieren

Chiesa della Santa Madonna delle Grazie

Rondkuieren door de wirwar van straatjes, steegjes en nauwe doorgangen is een must. Een beklimming van Procida levert een spectaculair uitzicht op het haventje Marina Corricella op dat zich als een amfitheater ontvouwt.  Het hoogste punt van het eiland telt 91m. De naam terra murrata, ommuurde grond, verwijst naar de oorspronkelijke bestemming van deze plek. Hier stond vroeger een gevangenis, maar deze is in onbruik sinds 1988 en is daardoor in verval geraakt. Sint-Michiel is al eeuwenlang de patroonheilige van dit eilandje. Toen de abdij in de zestiende eeuw dreigde verwoest te worden door de Saracenen (de toenmalige benaming voor Moren, maar eigenlijk waren het Ottomanen), verscheen hij miraculeus ter bescherming.

Op het Piazza dei Martiri (Martelarenplein) eert een monument de procidani die het leven lieten in de opstand van 1799. De opstand van de bevolking werd bloedig onderdrukt door de Bourbons en de Engelsen. Niemand minder dan Lord Nelson zorgde ervoor dat de Engelse vloot kon zegevieren. Ditzelfde plein wordt gesierd door de Chiesa della Madonna delle Grazie, een kerkje uit 1679 met opvallende klokvormige ramen.

Ook voor natuurliefhebbers valt er wat te rapen op Procida, of liever op kleine buur Vivara. Ten zuiden van Procida bevindt zich het onbewoonde eilandje Vivara. Sinds 1974 is het geklasseerd als een natuurreservaat. Wie graag de maquis in trekt, is hier in z’n nopjes. De rotsige kustlijn en kraters verraden nog de vulkanische origine van deze archipel.

Voor de filmliefhebbers

Fotocollage verwijst naar het filmverleden van Procida

Misschien kennen velen Procida wel zonder het te beseffen? Filmliefhebbers die ooit Il Postino zagen, herkennen mogelijk het haventje of de trattoria die figureert in de film. Il Postino werd gedeeltelijk hier gedraaid, en deels op de ongerepte eilanden Pantelleria en Salina. De film uit 1994 met Massimo Troisi en Philippe Noiret kende een groot succes bij het brede publiek en genoot ook heel wat bijval onder kenners (wat een Oscar en een Bafta opleverde). Triest detail: Troisi stierf aan een hartaanval toen de filmopnames amper afgerond waren; hij heeft dus nooit het eindresultaat kunnen zien.

Het verhaal van Il postino gaat als volgt. Pablo Neruda, Chileens schrijver en Nobelprijswinnaar, wordt verbannen uit zijn geboorteland en trekt zich terug op een idyllisch, rustig eilandje. Al gauw blijkt die rust relatief te zijn: het lokale postkantoor wordt overstelpt met brieven geadresseerd aan de gevierde schrijver. Zo komt ook de postbode Mario in de ban van de auteur. Op zijn beurt legt hij aan de eenvoudige man de kracht van poëzie uit, waar deze vervolgens dankbaar gebruik van maakt. Dankzij deze metaforen weet Mario namelijk het hart van zijn geliefde te winnen. Poëzie behoort immers niet toe aan wie haar schrijft, maar wie haar nodig heeft, zo luidt de redenering. “La poesia non è di chi la scrive, è di chi gli serve”.

Dat het eilandje een geliefde filmlocatie is, blijkt ook uit de keuze om hier The talented Mr. Ripley op te nemen. Ook Matt Damon en Jude Law genoten dus van het kleine maar fijne Procida! Daarnaast is Procida ook nog het toneel geweest van de roman L’isola di Arturo uit 1957 door Elsa Morante, en een heel stuk langer geleden (1852) van de roman Graziella, door Alphonse de Lamartine. Elke zomer vindt er een verkiezing plaats van een jonge gracieuze vrouw (Graziella was een lokale schone en vissersdochter) met de mooiste traditionele klederdracht, ter herinnering aan deze roman.

Eten

Marina Coricella, haven

Dat het eilandje talrijke restaurantjes kent die gespecialiseerd zijn in zeevruchten, hoeft met deze locatie geen verrassing te heten. Maar dat je hier ook heerlijk gestoofd konijn met olijven en tomaten kan proeven, allicht wel.

Net als de rest van de Golf van Napels staat Procida bekend om zijn citroenen. Deze lokale specialiteit keert terug in vele gedaantes. Zo is er de bekende Limoncello, toepasselijk het goud van Procida genoemd (L’oro di Procida). Er is ook een zoetere variant met een minder torenhoog alcoholgehalte, de Crema di Limone. Ook baba maakt men hier niet met rum, maar “al limoncello”. Op zwoele zomerdagen biedt granita met citroen verkoeling. Probeer zeker ook eens een Insalata di limone: een frisse salade van schijfjes dun geschilde citroen, met munt, zout, look, een scheutje olie, gemalen pepertjes en een snufje suiker.

Originele koekjes die je bij de bakker vindt, zijn le lingue di suocera. Het zijn geen kattentongen maar schoonmoederstongen: die hebben immers de reputatie praatziek te zijn…