Magazine cover pagina edition Roma

INTRODUZIONE

(Klik op de artikels)


Weet je nog... die keer in Rome op de piazza Navona? Betoverd door het lage zonlicht, de kabbelende fonteinen en de gezellige drukte? Wie ooit in Rome was, heeft honderden herinneringen. Net als wij bij Taste-Italy. En wat is er mooier dan deze met elkaar te delen?


En dat is precies wat wij in deze eerste digitale editie van Buonissimo doen: ervaringen, herinneringen, weetjes, tips en zoveel meer met jou delen zodat je zelf aan de slag kan. Misschien ben je reeds je volgende Romereis aan het plannen of ben je nieuwsgierig en wil je echt meer weten, zien en doen in Rome? Dit digitale formaat nodigt je uit om actief met ons op stap te gaan.


Deel wat je leuk vindt, schrijf een commentaar op onze website of kom gewoon af naar onze volgende activiteit.Na meer dan twintig jaar Romereizen bezoek ik de stad jaarlijks met steeds meer enthousiasme en passie. Samen met alle auteurs van deze editie zijn we er in geslaagd een apart portret te maken net buiten de bekende plaatjes. Vi aspetto a Roma!


Door Bart Tordeurs – barttordeurs.be

Company logos

PIAZZE DI ROMA

(Klik op de artikels)


De mooiste pleinen in beeld


  • Foro Romano: in de gloriedagen van het Romeinse Rijk was dit plein zowel het politieke, juridische, religieuze en commerciële centrum van de stad. Vandaag een ruïne.


  • Largo di Torre Argentina: een plein op het Marsveld met de ruïnes van vier antieke tempels. De naam van het plein komt van Torre Argentina wat toren van Straatsburg (Argentoratum) betekent.


  • Piazza Navona: gebouwd bovenop het stadion van keizer Domitianus. De naam is afgeleid van Agone, plaats waar competities gehouden worden. Bekend om de drie prachtige barokke fonteinen.


  • Piazza del Campidoglio: ontworpen door Michelangelo. Op het plein staan een kopie van het ruiterstandbeeld van Marcus Aurelius, het stadhuis en de beroemde Capitolijnse musea.


  • Piazza del Popolo: betekent letterlijk "Plein van het volk", maar historisch gezien komt de naam van de populieren net zoals de kerk Santa Maria del Popolo. Versierd met een fontein met obelisk. Verder nog de tweelingkerkjes en de gelijknamige stadspoort.


  • Piazza della Rotonda: genoemd naar de ronde vorm van het Pantheon. Omringd door achttiende -eeuwse paleizen en versierd met een fraaie fontein met obelisk.


  • Piazza di Spagna: dankt zijn naam aan de Spaanse ambassade en is bekend van de Scalinata di Trinità dei Monti (Spaanse Trappen) met aan de voet een fraaie fontein van Bernini.


  • Piazza San Pietro: gelegen voor de gelijknamige basiliek in Vaticaanstad. Werd ontworpen door Bernini en is omringd door 284 Dorische zuilen en 88 pilaren die opgesteld zijn in vier rijen. Versierd met twee fonteinen en een obelisk.


  • Piazza Santa Maria in Trastevere: gelegen voor de gelijknamige kerk in hartje Trastevere. Versierd met een van de oudste fonteinen uit de stad.


  • Piazza Venezia: genoemd naar het Palazzo Venezia. Een van de drukste verkeersknooppunten in het centro storico. Je vindt hier het enorme Altare della Patria, de basilica San Marco en het Museo Nazionale del Palazzo di Venezia.


  • Piazza Bocca della verità: aan de oever van de Tiber. Genoemd naar het beroemde putdeksel. De antieke naam is Foro Boario (veemarkt). Langs het plein vind je de Santa Maria in Cosmedin en twee antieke tempels en bogen. Versierd met een fontein van Bizzaccheri.


  • Piazza della Repubblica: niet ver van het station Termini. Ook gekend onder de naam piazza dell'Esedra. Versierd met een enorme fontein: de fontana delle Naiadi uit 1901.


  • Piazza Mastai: plein gelegen in Trastevere. Versierd met een fontein. Mastai is de familienaam van paus Pius IX die hier een enorme tabaksfabriek liet oprichten.


  • Piazza Mattei: gelegen in de Joodse wijk. Beroemd omwille van de prachtige schildpaddenfontein. De naam verwijst naar de omringende paleizen die behoren tot de machtige familie Mattei.


  • Piazzale Ostiense: gelegen aan het begin van de gelijknamige straat richting Ostia. Je vindt er de Porta San Paolo, het station Ostiense met treinmuseum en de piramide van Cestius.


Door Bart Tordeurs – barttordeurs.be

TUTTE LE STRADE
TI PORTANO A ROMA

(Klik op de artikels)


Wie op zoek is naar een oplossing kan getroost worden met het gezegde dat alle wegen naar Rome leiden, of anders gezegd: er zijn altijd verschillende mogelijkheden om je doel te bereiken.


Toen de redactie van Buonissimo aan de auteurs vroeg om een artikel over Rome te bezorgen, dacht ik even dat deze digitale editie aan mij voorbij zou gaan. Ik ben wel eens in Rome geweest, maar ik beschouw me niet echt als een Romekenner en ik weet dat medeauteurs beter in staat zijn hierover een prachtig artikel te schrijven. Daarom dook ik in spreuken en gezegden waarbij de Italiaanse hoofdstad betrokken is.


Dat is natuurlijk even zoeken, maar Rome is ook niet op één dag gebouwd (Roma non fu costruita in un giorno). Wie deze uitspraak als eerste deed is niet bekend, en ook niet belangrijk. Waarschijnlijk iemand uit de antieke oudheid, het gezegde is dus waarschijnlijk zo oud als de weg naar Rome (Vecchio come il cucco, letterlijk vertaald: zo oud als een koekoek). Belangrijk is te weten dat je niets overhaast moet doen, ‘ongeduld is een schone deugd’.


We mogen daarbij niet vergeten dat je de kern van de zaak ook nooit uit het oog mag verliezen, want wie in Rome geweest is, maar de Paus gemist heeft, (Essere stato a Roma e non aver visto il papa) is wel degelijk te beklagen, want dan heeft ie echt wel het belangrijkste aan zich voorbij laten gaan.


Maar spijt komt na de zonde en penitentie doen heeft geen zin want aan de zonde verander je niets meer (Non importa andare a Roma per la penitenza).


En geef toe, wie maakt er nooit eens een fout of begaat er een zonde? We kunnen niet allemaal roomser zijn dan de Paus (Non è più cattolico del Papa). Ook al doen we nog zo ons best, we kunnen ook niet iedereen de baas zijn, met andere woorden we kunnen niet allemaal de Paus van Rome zijn (Non possiamo essere tutti papa di Roma).


Er zijn trouwens alternatieven indien je niet de baas van iedereen in Rome kan zijn. Julius Caesar stelde toch dat hij liever de eerste zou zijn in het kleinste dorp van Gallië dan tweede in Rome (è meglio essere il primo nel tuo villaggio di uno degli ultimi di Roma).


Wie in Rome wil overleven, zou volgens een gezegde maar drie dingen nodig hebben: brood, kleren en geduld (A Roma ci vogliono tre cose: pane, panni e pazienza). Wie heeft voldoende ervaring om dit te beamen of te weerleggen?


Er zijn nog talloze spreuken en gezegden over de eeuwige stad, met onze vriend Google ben je zo een tijdje zoet.


Om te eindigen toch nog even een link -met een beetje pijn in mijn hart -naar mijn ‘preferita’: Venezia: Roma caput mundi, Venezia secundi. Zou dat echt zo zijn?


Laten we toch maar in schoonheid eindigen en een ode brengen aan een aantal van die prachtige steden die Italië rijk is: Milano la grande, Vinegia la ricca, Genova la superba, Bologna la grassa, Firenze la bella, Padova la dotta, Ravenna l'antica en Roma la santa.


Arrividerci Roma!

Goodbye … Au revoir!


Door Luc Bosmans

MORDI E VAI...
HET LEKKERSTE
ROMEINSE STREETFOOD

(Klik op de artikels)


PIZZA AL TAGLIO


De pizza is geboren in Napels, maar de Romeinen bedachten een eigen variant op dit populaire gerecht: de pizza al taglio. Een lekker handzaam rechthoekig stuk plaatpizza, dat je heerlijk uit het vuistje kunt eten. Een van de beste plaatpizza’s wordt gemaakt door Gabriele Bonci, die ook wel ‘de Michelangelo van de pizza’ wordt genoemd. Zijn pizza proef je bij Pizzarium (Via della Meloria 43). Simpel maar smakelijk is een stuk pizza bianca (pizza zonder tomatensaus) van Forno Campo de’ Fiori.

Een aparte vermelding verdient Pizza&Mortazza, te vinden in heel Rome, maar steeds op een wisselende plek (die op de website Pizzaemortazza.it wordt aangekondigd). Het is namelijk geen restaurant, maar een kleine Ape die beschilderd is als een mortadella. Hier bestel je de lekkerste pizza e mortazza, pizza bianca belegd met mortazza (de Romeinse naam voor mortadella). Liever een ronde pizza? Ga dan naar Trieste Pizza (Via Urbana 112), waar ze kleine ronde pizza’s bakken volgens recept uit Pescara (in de regio Abruzzo), met allerlei soorten toppings. Mijn favoriet is die met salsiccia e friarelli.

SUPPLÌ


Deze gefrituurde risottoballetjes (of soms zelfs ballen) zijn mijn favoriete merenda, snack. Eén hap en je weet meteen waarom de Romeinen deze lekkernij ook wel supplì al telefono noemen: de gesmolten mozzarella zorgt voor lange kaasdraden, net als bij de vroegere telefoondraden. Proef zeker de supplì bij Supplizio (aan de Via dei Banchi Vecchi, tussen de Campo de’ Fiori en de Tiber, en in de Mercato di Testaccio). Hier vullen ze de supplì niet met zomaar een restje risotto, maar met speciaal bereide risotto volgens uniek recept. In de supplì rosso, de originele variant, gaat risotto met echte ragù, vleessaus, die urenlang heeft staan sudderen, en buffelmozzarella. De risotto wordt pas na je bestelling door paneermeel gerold, dat met de hand wordt gemaakt van het brood van Roscioli, een van de beste bakkers van de stad. Dan even in de frituur en de perfecte supplì is klaar. Proef zeker ook de supplì bianco, gevuld met kip, kippenlevertjes, 36 maanden oude Parmezaanse kaas en mosto cotto, gekookte most. Naar Romeins recept van niemand minder dan Napoleon, die een tijd in Rome verbleef en dit gerecht op de kaart zette.


MORDI E VAI – MERCATO DI TESTACCIO


Op de Mercato di Testaccio vind je, in een afgelegen hoekje, Mordi & Vai, waar Sergio Esposito authentieke Romeinse gerechten volgens Romeins (familie)recept maakt. Sergio serveert deze gerechten niet op een bord, als lunch of diner, maar op een broodje. Of je nu kiest voor trippa (pens) of voor coda alla vaccinara (ossenstaart), voor coratella (het hart, de longen en de lever van een jong geitje) of voor polpette (gehaktballetjes) volgens grootmoeders recept, je kunt er meteen in happen. Het is zeer populair bij iedereen die op of in de buurt van de markt werkt – als de perfecte middenweg tussen een uitgebreide Romeinse lunch en een snel tussendoortje om de laatste uurtjes van de markt (die meestal tot ongeveer 14 uur duurt) door te komen zonder honger te krijgen. Neem een hap (mordi) e vai, op naar het volgende adresje om je lekkere trek te stillen.

TRAPIZZINI


Een andere fijne plek in Testaccio voor trek tussendoor is Trapizzino (Via Giovanni Branca 88). Hier maakt Stefano Callegari zijn befaamde trapizzini: driehoekjes van pizzadeeg gevuld met bijvoorbeeld groente. Maar ook ingewanden als trippa alla romana (pens) of coda alla vaccinara (ossenstaart) staan op het menu.

MORDI E VAI...
HET LEKKERSTE
ROMEINSE STREETFOOD

(Klik op de artikels)


FOOD TRUCK UIT HET NOORDEN


De Nederlandse Merel (25) groeide op in een familie waar koken en tafelen een belangrijk onderdeel is. Ze genoot al jong van haar oma's Italiaanse kookkunsten (met een Duits sausje om haar opa te plezieren, die van oorsprong uit de Elzas kwam). Op feestjes vulde Merels oma tafels vol met lekkers. Merel mocht altijd meehelpen en bracht uren in de keuken door. Na culinaire stages in Londen en New York verhuisde ze naar Rome, deels voor de liefde en deels om een nieuw idee uit te proberen. Want in New York verloor Merel haar hart aan de creatieve gerechten die gemaakt werden in piepkleine food trucks. Beetje bij beetje realiseerde Merel haar droom en nu rijdt ze met haar Blackbird door Rome, waar ze food for every mood serveert. Voor ieder wat wils dus, met gerechten van over de hele wereld. De ingrediënten zijn altijd vers en van het seizoen, maar wat er gemaakt wordt, verschilt week per week. Van taco’s tot hamburgers, van vegetarische gerechten tot Italiaanse klassiekers.


ZOET VAN ZUM


Zin in iets zoets? Ga dan naar Zum (Piazza del Teatro di Pompeo 20) voor een verleidelijk lekker samenspel van mascarpone, savoiardi en cacao. Zum staat namelijk voor zucchero, uova, mascarpone (suiker, eieren en mascarpone): de hoofdingrediënten van, juist, tiramisù! Mocht je al veel lekkers geproefd hebben: er zijn ook miniversies verkrijgbaar. Voor de afwisseling is er naast de klassieke variant ook altijd wel een seizoenstiramisù verkrijgbaar, met bijvoorbeeld aardbeien, citroen of pistachenootjes.

GASTRONOMISCH GENIETEN BIJ DE MERCATO


Deze herfst opende bij Stazione Termini (de ingang is aan de Via Giolitti 36) de Mercato Centrale, waar je van ’s ochtends vroeg tot middernacht kunt genieten van allerlei delicatessen. Je vindt er onder meer de befaamde pizza van Bonci, die ik al noemde, hamburgers gemaakt van het vlees van Chianina-runderen, ijs, kaas, pasta en heel veel ander lekkers. Ook ideaal voor een treinpicknick als je vanaf Termini een lange reis maakt.


Geniet van buonissima Roma!


Door Saskia Balmaekers - Ciaotutti.nl

EEN BEZOEK AAN DE DOMUS ROMANE VAN HET PALAZZO VALENTINI

THUIS BIJ DE PATRICÏERS:
EEN BEZOEK AAN DE DOMUS ROMANE VAN HET PALAZZO VALENTINI

(Klik op de artikels)


Je kent ze vast wel, de handige gidsen van uitgeverij Vision met reconstructies van het Romeinse verleden: de stenen van het Colosseum spreken veel meer tot de verbeelding wanneer je er een transparantje overlegt met de marmeren bekleding en het dertig meter hoge beeld van Nero als zonnegod. Rome -en bij uitbreiding de klassieke wereld - kunnen zien zoals het echt was, bleef voorlopig beperkt tot de uitstekende - maar beperkte - publicaties van Vision. De laatste jaren experimenteerde de provincie Rome echter met technieken die het verleden tot leven brengen. Denk maar aan de 3D-animaties die je tijdens de zomermaanden ’s avonds kan volgen op het Forum Romanum of de multisensorische rondleidingen in de Ara Pacis. Ook de Domus romane van palazzo Valentini zijn er een geslaagd voorbeeld van.


Het zestiende-eeuwse palazzo Valentini bevindt zich vlakbij het forum van Traianus en is sinds 1873 de zetel van de Provincia di Roma. Archeologen ontdekten al in 1902 Romeinse resten onder het palazzo. Als een verrassing kwam die ontdekking niet. Tijdens de bouw van het palazzo Valentini en de uitbreidingswerken stootten architecten steevast op resten uit de renaissance, de middeleeuwen en eerdere periodes. De omvang van de ontdekking - twee villa’s en een authentiek stuk Romeinse straat- verblufte iedereen. In 2010 besloot de Provincia di Roma om de archeologische site als museum open te stellen en het publiek - op reservatie - de vondsten te laten ontdekken.


VIRTUAL REALITY EN MEER


Onder het palazzo Valentini liggen de resten van twee patriciërswoningen, op zich al behoorlijk indrukwekkend. Maar wat een bezoek aan de Domus romane zo bijzonder maakt, is de computergestuurde techniek waarmee de stenen als het ware tot leven komen. Dankzij een combinatie van virtuele en augmented reality met speciale effecten en grafische reconstructies wordt de hedendaagse bezoeker met een teletijdmachine naar het verleden gekatapulteerd. Hoewel de eigenaars van de woningen onbekend zijn, moeten ze wel tot de toplaag van de Romeinse samenleving behoord hebben. Je wandelt over een glazen vloer van de ene kamer naar de andere en je komt ogen tekort.


De resten van de authentieke geometrische mozaïeken op de grond worden helemaal opgevuld via computeranimatie, aan de wanden verschijnen kandelaars en olielampjes, de muren zijn bekleed met polychroom marmer en stukwerk: het triclinium ziet er helemaal anders uit. Was het een senator die hier in de indrukwekkende zaal met de apsissen zijn gasten ontving? Je loopt mee door de keuken, de opslagruimten met producten van de hele Romeinse wereld, de stallen voor paarden en karren en je kijkt op de eerste verdieping uit op de zuil van Traianus, het zicht waarvan de opeenvolgende bewoners van deze patriciërswoning dagelijks genoten.


Onvergetelijk zijn de thermen, waarschijnlijk een privécomplex dat deel uitmaakte van één van de twee huizen. In het frigidarium keken bewoners en gasten vanuit twee zwembaden naar de fresco’s van dolfijnen in de luxueuze ruimte gedecoreerd met marmer uit de verste uithoeken van het Romeinse rijk. De huizen dateren uit de tweede tot vierde eeuw na Christus en werden door de bewoners later nog uitgebreid en verfraaid. In de zesde eeuw, meer bepaald in 538, lieten de bewoners hun woonst achter. In één van de twee huizen troffen archeologen de oorzaak hiervan aan. Een reconstructie laat zien hoe het balkon van de eerste verdieping, dat deel uitmaakte van een soort mezzanine, begon te beven en volledig instortte op de benedenverdieping. Marmeren versieringen barstten, de amforen die onder het balkon in een opslagruimte stonden, braken. De verkoolde balken wijzen op een brand, niet verwonderlijk als je weet dat er in Rome duizenden olielampjes brandden op het ogenblik van de aardbeving. De schok symboliseert de ondergang van de grootmacht die Rome ooit was: bij gebrek aan middelen vergingen de weelderige villa’s tot puin waar in de middeleeuwen en de renaissance vlijtig bovenop gebouwd werd.

TWEEMAAL TRAIANUS


Behalve de twee patriciërswoningen vonden de archeologen ook overblijfselen van een ander, groot gebouw: twee immense zuilenblokken - afkomstig uit Egypte - en een betonnen platform, waarschijnlijk delen van de tempel van Traianus die diens opvolger Hadrianus voor hem had laten bouwen. Wie de rondleiding door de Domus romane volgt, wacht op het einde van het bezoek nog een mooie verrassing. Of liever twee. In een 3D-reconstructie ontdek je hoe het palazzo - of wat er op die plaats stond - eruit zag doorheen de eeuwen heen. Een knappe manier om de verschillende historische periodes aan elkaar te breien en het gebruik en hergebruik van materialen uit het verleden te illustreren.


Kers op de taart is de korte wandeling door het gepantserde stuk van het palazzo. De opgravingen sluiten immers aan op een bunker uit 1939, waar ooit nog twee mannen fietsten om het gebouw van licht te voorzien. Als je de deur van de laatste gang opent, sta je oog in oog met de sculpturen op de zuil van Traianus, al bijna tweeduizend jaar zinnebeeld van de Romeinse grootsheid. Een mooiere afsluiter is niet denkbaar!


PRAKTISCHE INFORMATIE:


De ingang bevindt zich in de via Foro Traiano 85, vlak tegenover het forum van Traianus. Je kan de Domus romane dagelijks (behalve op dinsdag) bezoeken na reservatie. Er zijn rondleidingen in het Italiaans, Frans, Engels, Duits en Spaans. Het bezoek duurt ongeveer anderhalf uur. Reserveren kan op www.palazzovalentini.it of ter plaatse.


Door Dorinda Dekeyser - CVO VOLT

Veni Vidi Vinci

Uneven Humanism

Santa Maria di Shangai

Io Sarò

Il Peso della Storia

Il bambino Redentore

Hic Sunt Adamantes

I MURALES IN
VIA TOR MARANCIA

(Klik op de artikels)


Niet iedereen is fan van street art. De ene vindt het pure stadsvervuiling en de andere bekijkt het als pure kunst. De eeuwige discussie of street art nu het een of het ander is, blijft waarschijnlijk onbeantwoord. Toch bewijst de stad Rome met het Big City Life-project in 2015 dat street art een nieuwe boost kan geven aan een vergeten of verguisde stadswijk.


Het idee van “i murales in Via Tor Marancia” werd bedacht door Francesca Mezzano die met 999Contemporary initiatief nam om met street art verschillende delen van de stad Rome te transformeren in een uniek eigentijds openluchtmuseum. Dit project laat zien dat stadsvernieuwing heus niet alleen afbraak of nieuwbouw hoeft te betekenen. Andere plekken in de stad zijn te vinden in Pigneto, San Basilio en de zone tussen Ostiense en Testaccio.


Er werden twintig kunstenaars uit verschillende landen aangetrokken die zich onderdompelden in de lokale gemeenschap, scholen en buurtverenigingen en zich zo lieten inspireren tot het beschilderen van elf kale appartementsblokken in de Via di Tor Marancia.


Het resultaat zijn tweeëntwintig monumentale en totaal verschillende muurschilderingen. Het is even zoeken naar de juiste toegang tot het wat ingesloten huizenblok maar al snel sta je met open mond te gapen naar de prachtige kleurrijke taferelen die soms heel figuratief en fantasierijk zijn en dan weer geestig of dromerig.


In amper zeventig dagen tijd verbruikten de twintig artiesten liefst zevenhonderd liters verf en meer dan duizend spuitbussen om de muren te transformeren van vaal grijs naar spetterende street art. Het project werd financieel ondersteund door de stad Rome en werd officieel ingehuldigd op 9 maart 2015.


Precies omdat de kunstenaars contact zochten met de lokale bevolking, hebben de meeste kunstwerken een of andere link met de buurt. En dat maakt het nog zo uniek.


Eerlijk gezegd had ik tot 2015 nog nooit van deze straat gehoord, het lijstje met toeristische bezienswaardigheden is hier dan ook beperkt tot de plaatselijke kerk. Niet toevallig dus dat deze buurt in aanmerking kwam voor dit stadsproject.


Het kunstwerk dat je vanop de straat ziet, noemt “Il Peso della Storia” (het gewicht van de geschiedenis). Het is het werk van de Argentijnse kunstenaar Jaz die de historische banden tussen de landen Italië en Argentinië aanhaalt. Veel Italianen trokken immers na de tweede wereldoorlog naar Argentinië en dat gebeurde ook met een familie in deze flat.


De gevel er net naast is de favoriet van heel wat toeschouwers: “Il bambino Redentore” (het verlossende kind), een werk van de Franse kunstenaar Seth. Het jongetje beklimt een ladder en kijkt zo zijn toekomst tegemoet. Deze figuur verwijst naar een kind uit deze flat dat stierf in een verkeersongeluk.


Tussen de flats kan je via een smalle doorgang de buurt betreden. De bewoners zitten hier ’s avonds gezellig buiten te kletsen en kijken nieuwsgierig naar de toerist met zijn camera die van de ene gevel naar de andere dwaalt. Ik zie hen onderzoekend naar mijn reactie peilen. Na enkele superlatieven van mijn kant, blijken de blikken te verzachten. Ze zijn hier fier op hun kunst, en terecht!


Alle werken beschrijven is teveel van het goede. Er zijn gevels die me erg aanspreken en andere die ik net iets minder vind. Bij iemand anders is het net weer andersom. Dat is heel normaal bij kunst. Daarom pik ik er enkele uit met een mooi verhaal of die een diepe indruk nalieten. Maar je moet ze vooral zelf gaan bekijken natuurlijk.


De Romeinse kunstenaar Mr. Klevra schilderde een soort Byzantijns Maria-icoon: “Santa Maria di Shangai“. Zo genoemd omdat dit gebied vaak overstroomde en daarom in de volksmond aangeduid werd als de Shangai Capitolina.


Een andere Romeinse artiest schilderde het werk “Hic Sunt Adamantes” (Hier zijn diamanten). De titel is een verwijzing naar zijn eigen naam Diamond en is in onvervalste art-nouveau- stijl. De Chinese draak is opnieuw een verwijzing naar Shangai.


De Filipijnse kunstenaar Jerico gaf aan zijn werk de titel “Distanza uomo natura (afstand mens natuur). Het symbool van de bijna rakende vingers is een duidelijke verwijzing naar de Sixtijnse kapel maar de artiest wilde ook de vervreemding van de mens in de natuur aankaarten.


“Cascate di parole” (waterval van woorden) werd geschilderd door de Duitse artiest Satone. Hij werd naar eigen zeggen op een dag geïnspireerd door een geanimeerde discussie tussen twee bewoners die elk uit hun raam hingen. De rappe Italiaanse klanken worden weergegeven in een uitbarsting van kleurengeweld.


“Veni Vidi Vinci” is een woordenspel van de Franse kunstenaar Lek & Sowak. De beroemde woorden van generaal en keizer Caesar kent iedereen maar het derde woord is opzettelijk fout geschreven en wordt zo een eerbetoon aan de grootste Italiaanse kunstenaar aller tijden: Leonardo da Vinci.


“Elisabetta” is het enige kunstwerk waar de link met een echte persoon overduidelijk is. De Franse artiest Philippe Baudelocque liet zich inspireren door de huurster op de tweede verdieping. Haar hand is voor hem het symbool tussen bekende en onbekende gebeurtenissen die het leven tekenen.


Eenmaal door de wijk heengelopen is er nog een fraai werk te bekijken aan de andere straatkant. Een schitterend portret van een meisje door de Oostenrijker Van Helten is getiteld “Io Sarò” (ik zal zijn). Het is gebaseerd op een foto van een meisje uit de wijk en is een ode aan de jeugd en de toekomst.


Zeg dus niet zomaar graffiti tegen de straatkunst van de Via Tor Marancia! Je vindt deze straat in de wijk Ardeatino ten zuiden van Garbatella en ten westen van Ostiense. Neem vanuit het centrum bus 714 en stap af op de Via Cristoforo Colombo ter hoogte van het kantoorgebouw van de regio Lazio. Steek de straat over en dan vervolg je dalend de Via Tor Marancia. De street art vind je halverwege op nummer 63.


Wie nog zin heeft in een extra streepje kunst wandelt de Via Tor Marancia verder af tot voorbij de kerk. Op het kruispunt neem je links. De Amerikaanse artiest Gaia nam de volledige gevel van het Liceo artistico Caravaggio onder handen. De schooldirecteur nam contact op met 999Contemporary nadat hij het resultaat van de gevels op nummer 63 had gezien met de vraag om de groezelige façade van zijn schoolgebouw op te fleuren. Het kunstwerk kreeg de naam “Uneven Humanism”. We zien vlinders, bloemen en kindergezichten op een hemelsblauwe achtergrond die symbool staan voor de diversiteit van de schoolpopulatie.


Door Bart Tordeurs – barttordeurs.be

Elisabetta

Distanza uomo natura

Cascata di Parole

JOVANOTTI
EEN FENOMEEN

Jovanotti: van youngster to mediafenomeen, dat is het verhaal van een man die het muzieklandschap in Italië wist the kleuren de laatste drie decennia.


Jovanotti is de artiest die het begrip 'rap' in de Italiaanse muziek bracht, maar ook de pacifist, dromer, wereldverbeteraar die de grootste concertzalen in Italië in een mum van tijd doet vollopen, die miljoenen(!) platen aan de man brengt en samenwerkt me de grootste singer-songwriters van onze tijd, de man wiens oeuvre meer dan twintig titels bevat en zijn muzikale genie naadloos en met voorsprong met een feilloze intuïtie weet aan te passen aan 'the sign of the times'.


Hij is telkens vernieuw, koploper en durver die door zijn schijnbare bokkensprongen mensen aanspreekt aan alle zijden van het muzikale spectrum. Dus: muziek voor wie de zakdoek klaar houdt, voor de liefhebben van wereldmuziek of voor de hemelbestormer. Je kiest maar.

LEVEN

(Klik op de artikels)


Geboren in Rome, ‘la città eterna’, ‘the city that never sleeps’, de kosmopolitische stad waarin politiek en cultuur elkaar ontmoeten, waar mensen en stromingen van de meest diverse pluimages dringen om de belangstelling van een wereldpubliek , de stad die wemelt van enerzijds diversiteit, oproer, vernieuwing, respect voor de voorvaderen en het simpele genieten ‘a bocca aperta’, de stad die dit alles in één weet te verenigen moet wel deze troeven doorgegeven hebben aan Lorenzo Constantino Cherubini die er het levenslicht zag op 27 september 1966. Hij bezocht er het liceo Malpighi. Hij werd later de grote Jovanotti. Groot is het woord, lang, slungelig, blond, atypisch maar door en door Italiaan. Zijn thuishaven is echter Cortona in Toscana, de stad die diende als achtergrond voor ‘La vita è bella’ en waar het boek ‘Under the Tuscan sun’ is gesitueerd.


Best of both worlds dus: een broeierige metropool en een rustig Toscaans oord doen een mens balanceren tussen droom en daad.


HOE HET BEGON


Lorenzo koos voor de daad. Als diskjockey kwam hij al gauw aan de bak in één van de beroemdste discotheken van Rome (de ‘Veleno’) en draaide zowel dance als hip-hop, hiermee gelijk de trend volgend van een generatie. De stap naar het zangpodium was snel gemaakt en dus bracht Lorenzo een single uit onder de naam ‘Joe Vanotti’. De letterzetter van dienst dacht er echter anders over en zo kwam de artiestennaam ‘Jovanotti’ uit de bus. Als Jovanotti werd hij snel opgepikt door Claudio Cecchetto waarmee hij lange tijd samenwerkte. Die lanceerde hem op Radio Deejay en op Deejay Television. De naam van zijn eigen programma op TV was simpel: ‘1,2,3 Jovanotti’.


Al snel pakte hij uit met een stunt en praatte in de Silvesternacht 1987-1988 op Radio Deejay een marathonuitzending van acht uur aan elkaar.


Meteen was het ook tijd voor een volgende single en die werd (nogal plat): ‘Waar is dat feestje?’ of in het Italiaans “E qui la festa”? Jovanotti opereerde in die tijd ook onder de nicknames Gino Latino en Jeronimo.


Dat deze muziek ook nu nog wordt gesmaakt kan je zelf vaststellen op dit YouTube filmpje uit 2015 https://www.youtube.com/watch?v=i8uVZpHPkfo. Een andere meezinger uit die tijd was het Amerikaans gemodelleerde ‘Gimme Five’ (1988) https://www.youtube.com/watch?v=tHwUJQYZK-U. Best funky, daar niet van, maar niet bijster origineel.


Hij presenteerde zich ook met een hommage aan Vasco Rossi op het San Remo festival van 1989. De single heet eenvoudigweg ‘Vasco’ en werd vijfde. Het album ‘La mia moto’ waarin het werd opgenomen verkocht zeshonderdduizend exemplaren! Lorenzo - intussen een beginnende twintiger - bracht nog een ‘pretpark single uit ‘Ciao Mamma’, een niet onverdienstelijke meezinger: https://www.youtube.com/watch?v=5VGRotWAgzo. Toch broedt de echte Jovanotti reeds op een masterplan. Het eerste ei dat een nieuwe artistieke periode aankondigt brengt zijn nachtelijke bezigheden in Rome in beeld: ‘Mi chiamo Jovanotti, faccio il deejay: non vado a dormire prima delle sei’: https://www.youtube.com/watch?v=Ir55lXQLN3M. Nachtraaf, niet voor zessen in bed dus en … nog een legerdienst te gaan, dat beloofde geen gouden bergen voor de toekomst.


EN TOCH


Zijn legerdienst voorbij slaat Jovanotti een meer mature weg in. Het is dat of onder de stijlradar verdwijnen. Het wordt een glorieuze wederopstanding.


Geholpen door de pompende bas van Saturnino weet Jovanotti zowaar een eigen stijl uit te vinden. In 1991 scoort Jovanotti meteen met het album ‘Una tribù che balla’, een echte stijlbreuk.


De geest is uit de fles en ‘Radio Rap’, ‘Una tribù che balla’, ‘Muoveti, Muoveti’ en ‘Libera l’anima’ zijn hitsingles die een andere Jovanotti in beeld brengen, die volwassen met muziek omgaat, een eigen stijl neerzet en elementen van funk, hip hop en rap combineert in een nieuw Italiaans kleedje. Ongehoord maar een regelrechte stijlbom die aanslaat in het Italiaanse nachtleven. Ook bij ons werd ‘Libera l’anima’ een bescheiden hit en het nummer is dan ook nog op diverse verzamelplaten te vinden.


In ‘Lorenzo 1992’ zet hij echt alle registers open. De pacifist in hem steekt de kop op en in ‘Il rap’ declameert hij duidelijk zijn stelling dat hij ‘musica incazzata contro la violenza’ (nijdige muziek tegen geweld) wil brengen. ‘Ragazzo Fortunato’ lijkt op een strandrap, maar dan toch één met scherpe kantjes: ‘Siddharta ce l’ha detto che conta solo l’amore e tutto quello che ti serve stare dentro al cuore ma se devo dirla tutta, qui non è paradiso all’inferno delle verità io mento coi sorriso’ of ‘Siddharta zegt dat alleen liefde telt en de dingen die je hart raken maar als ik eerlijk ben zeg ik dat het hier geen paradijs is en dus in de hel van de waarheid lieg ik met de glimlach’. Dus toch een boodschap met stekeltjes… We zijn gewaarschuwd.


Maar hoe dan ook, de jongeren lusten er pap van en daarop volgt een nog meer succesvol album ‘Lorenzo 1994’ waarbij onder meer ‘Penso Positivo’ hoge ogen gooit. De tekst is duidelijk, ‘Io penso positivo in quanto credo, non credo nelle divise né tanto meno negli abiti sacri che più di una volta furono pronti a benedire massacre… io credo soltanto che tra il male e il bene è più forte il bene. Bene Bene Bene’ (of: ‘vrij vertaald’: ‘Leger en kerk staan meer dan eens klaar om een bloedbad goed te praten maar ik geloof enkel dat je het goede tot doel moet stellen’). Een onverbloemd pacifisme dus! Elders in de tekst stelt hij de leervakken tegenover de fantasie. Driemaal raden welke discipline wint. Hoe dan ook de grappige clip van het nummer https://www.youtube.com/watch?v=PC9tgxm9BMM haalt de top 3 van de MTV Europe Music Awards van 1995 als beste muzikale clip van het jaar!


De clip van ‘Serenata Rap’ uit het album als een van de meest gedownloade (ja meer dan 6 miljoen keer!) clips in Europa en Zuid-Amerika. Jovanotti toerde dat jaar met niemand minder dan Eros Ramazzotti en Pino Daniele.

JOVANOTTI
EEN FENOMEEN

NIEUWE HORIZONTEN


Gezien zijn succes in Zuid-Amerika verlegt Jova zijn grenzen. Etnische muziek en wereldmuziek komen zijn stijlidioom versterken. Het album ‘L’albero’ haalt zijn banden met dit continent aan. Intussen fietst hij maar liefst een volle maand (1500 km) door Patagonië, spreekt behoorlijk Spaans en werkt mee aan het project ‘Artisti Uniti per gli Zapatisti del Chapas’, samen met grootheden als Ligabue, Vasco Rossi, Pino Daniele, Luca Carboni, Francesco Guccini e.a.


Intussen kent het anti-oorlogsstatement ‘Il mio nome è mai più’ (of ‘Nooit meer oorlog’) een enorm succes. Het groeit uit tot de grootste hit in Italië van 1999! Het project wordt gedragen door Piero Pelù (van Litfiba), Ligabue en Jovanotti zelf. Een uitstekende registratie ten voordele van de slachtoffers van de aardbeving in Emilia Romagna (in 2012) vind je hier: https://www.youtube.com/watch?v=Y7cS6lBnn7o . Beslist het bekijken waard!


De gevoeligheid en de liefde van de pas vader geworden Jovanotti worden dan weer prachtig vertolkt in het ontroerende “Ninna nanna” en ‘Per te’ (niet te verwarren met ‘A te’ (ook van Jovanotti) https://www.youtube.com/watch?v=eJetnmKKSbs&list=PL747909DF69055F2E. Een bruikbaar wiegeliedje! Ook brengt Jovanotti de schuldverlichting aan de derde wereld in de openheid en neemt hij deel aan concerten die dit gebeuren in de kijker stellen.


NIEUWE METHODES


In de vlijmscherpe anti-oorlogssong ‘Salvami’ tapt Jova uit een ander vaatje. Hij zet op een zeer visuele manier de macht van de media in de kijker. Alle Tv-optredens waar hij deze song bracht worden verenigd in één bundelende clip https://www.youtube.com/watch?v=Z-PbJk-0enE, een visuele en tekstuele race!


Ook zijn zaalshows ondergaan een schaalvergroting. Hij treedt op met een podium van maar liefst zeventien man sterke band voor een publiek van meer dan dertigduizend mensen.


Jovanotti gaat ook even de zuiver Latijns-Amerikaanse toer op in de prachtige songs en dito clips: https://vimeo.com/6492244, https://www.youtube.com/watch?v=cMJtKyVnVg8 . Uiteraard herken je de grootmeester zelf, Sergio Mendes. Zoek je een openingsdans voor je bruiloft, waag je dan zeker aan deze: ‘A te’ https://www.youtube.com/watch?v=NAFHNpneahQ, werkelijk niet te missen.


Ook de titelsong van ‘Bacami ancora’ (met wereldster Valeria Bruni Tedesco!) zou op een bruiloft niet misstaan, overigens vergezeld van een prachtige clip! Play it loud https://www.youtube.com/watch?v=jsCCnpcGEWI en op groot scherm!


Te vermelden valt ook dat nieuwe songs eerst op Facebook worden uitgebracht. In Zuid-Amerika is Jovanotti een begrip, in Noord-Amerika speelt hij voor volle zalen, bijvoorbeeld samen met vriend Zucchero waarvoor hij ook muziek en teksten schreef.


TENSLOTTE


Er valt uiteraard veel meer over Jovanotti te vertellen, maar bezoek zeker zijn zeer complete website waar volledige liveversies te zien zijn van vele concerten. Zonder meer een must: www.jova.tv.


Verder valt er nog te vermelden dat ook Wikipedia veel info over Jovanotti aanbiedt en dat we er een deel van onze inspiratie haalden, waarvoor dank.


Door Luc Van Sant

PICCOLO MA COMODO

(Klik op de artikels)


Italië heeft een schat aan schitterend kunstpatrimonium en de stad Rome maakt daar een belangrijk deel van uit met prachtige architectuur, resten uit de oudheid en beroemde musea. Natuurlijk moet je zeker de Vaticaanse -of Capitolijnse musea gezien hebben. En wie kent niet de Galleria Borghese en de Villa Giulia?


Maar wie vaak terugkeert naar de eeuwige stad zal zeker benieuwd zijn naar meer en anders. En dat is in Rome geen enkel probleem want de lijst telt meer dan 180 geregistreerde musea. Sommige zijn in handen van de stad of de staat, het zal je niet verbazen dat een groot deel in handen is van de Kerk maar er zijn ook een heel aantal private musea die louter op basis van schenkingen en toegangsgelden moeten rondkomen. Uit die lange keuzelijst stel ik je graag een select groepje van vijf minder bekende musea voor die elk op hun manier verrassend uit de hoek komen. Het ene is al kleiner dan het andere maar de toegang is dan ook vaak gratis.


PARCO MUSEO FERROVIARIO


Een indrukwekkende titel voor een klein maar fijn museum waarvan de ingang gelegen is langs het spoorperron van de metrolijn Roma-Lido in het Stazione Porta San Paolo (Ostiense).

Hier wordt de geschiedenis van het Romeinse spoor vertelt met een permanente tentoonstelling van historische treinstellen en locomotieven uit begin tot midden vorige eeuw. Elke bekende spoorlijn zoals Roma-Lido, Roma-Viterbo, Roma-Castelli Romani en Roma-Fiuggi had zijn herkenbaar typisch treinstel met eigen kleuren en interieur. Alle voertuigen zijn toegankelijk gemaakt wat heel leuk is voor kinderen en doen je zo wegdromen naar lang vervlogen tijden toen reizen nog iets heel speciaals was.


Het museum is elke werkdag open en de toegang is gratis. In principe heb je een treinkaartje nodig om het perron te betreden maar als je uitlegt dat je het museum wil bezoeken, laat men je normaal wel door.


MUSEO DELLA VIA OSTIENSE


Precies rechtover het treinmuseum bevindt zich in de indrukwekkende stadspoort San Paolo een klein stadsmuseum gewijd aan de Via Ostiense. Het museum vertelt het verhaal van deze historische weg tussen Rome en Ostia. Je vindt er een enorme maquette van de hele weg; tal van antieke inscripties en monumenten die tijdens de oudheid langs de weg waren geplaatst zoals beelden, graven en altaren; interessante plannen en luchtfoto’s van het antieke Ostia met de havens van Claudius en Trajanus en een grote verzameling prenten en foto’s uit de hele geschiedenis van de weg. Een aanrader voor wie ook Ostia antica gaat bezoeken.


Tot de topstukken behoren sporen van fresco’s uit de middeleeuwen en enkele fragmenten uit de catacomben. Interessant is ook de reconstructie van enkele gebouwen uit Ostia zoals de zogenaamde kleine markt.


Uit de ramen van de torens heb je een mooi zicht op de prachtige piramide van Cestius en wanneer je van de ene toren naar de andere loopt, neem dan zeker een kijkje over de borstwering voor een fraai panoramisch uitzicht.

Het museum is elke voormiddag geopend behalve op maandag en de toegang is gratis. De eerste en derde zaterdag van de maand kan je aansluitend (op reservatie) de piramide bezoeken.


MUSEO DELLE MURA


Als je de stadsmuur volgt, kom je automatisch aan de stadspoort San Sebastiano uit waar een andere beroemde weg de stad kruist: de Via Appia. In dit imposante gebouw is sinds 1990 het stadsmuseum gewijd aan de Aureliaanse muur gevestigd.


Keizer Aurelianus gaf in de derde eeuw opdracht tot de bouw van een nieuwe stadsmuur - ter vervanging van de oude verzwakte Servische muur - die een groot deel van de stad moest omringen en vandaag nog markant in het stadsbeeld aanwezig is. De negentien kilometer lange muur met zestien stadspoorten zou in functie blijven tot 1870 toen de Piëmontese troepen een bres maakten bij de Porta Pia en zo een einde maakten aan de Kerkelijke Staat van paus Pius IX.


Het museum in de zeven ruimtes van de poort is verdeeld in drie historische periodes: oudheid, middeleeuwen en hedendaags. Er zijn heel wat maquettes en bouwtekeningen te zien die een goed beeld geven van hoe de muren werden geconstrueerd en hoe ze door de eeuwen heen werden gerestaureerd.


Neem zeker de trap tot helemaal boven op het dakterras voor een schitterend panoramisch uitzicht over de stad en de omliggende heuvels. Je kunt zonder moeite de EUROPA-wijk onderscheiden en heel wat torens en koepels van de historische binnenstad herkennen. Via een smalle doorgang kan je een heel eind binnen in de stadsmuur wandelen. Dit is één van de weinige plekken waar de muur zo toegankelijk is en je een goed beeld krijgt van dit historisch waardevol monument.


Het museum is elke voormiddag geopend behalve op maandag en de toegang is gratis.


MUSEO DI ROMA


Hoewel er dagelijks duizenden mensen flaneren op de fraaie Piazza Navona, vinden weinigen de ingang naar het Museo di Roma gevestigd in één van de mooie paleizen langs het plein: het Palazzo Braschi. Dit palazzo uit de achttiende eeuw werd gebouwd met stijlelementen van renaissance en barok en werd enkele jaren geleden prachtig gerenoveerd. De blikvanger is zonder meer de monumentale traphal van architect G. Valadier. De meeste kamers hebben nog hun originele wand- en plafondversieringen uit de late achttiende en vroege negentiende eeuw.


Wie echt geïnteresseerd is in de geschiedenis van de stad Rome kan niet om dit museum heen want het is het enige dat de titel “di Roma” mag dragen. In twaalf zalen wordt de sociaal-politieke en artistieke geschiedenis van de stad vertelt met meer dan honderdduizend werken zoals schilderijen, tekeningen, sculpturen, gravures, foto's, meubels, kleding, keramiek, rijtuigen, interieurs en fresco’s die van de sloop gered werden.


Het museum biedt zo een unieke kijk op de geschiedenis van de stad, zijn nobele families en tal van verdwenen plaatsen. De ramen op elke verdieping bieden telkens een andere kijk op de omgeving zoals de Piazza Navona en de vele koepels van nabije kerken. Wie een uitgelezen locatie zoekt voor een privaat cultureel evenement zoals een lezing, inauguratie of tentoonstelling kan hier één van de zalen huren. En zeg nu zelf, dit is toch een toplocatie in het hart van de stad!


Regelmatig organiseert het museum tijdelijke tentoonstellingen en gratis rondleidingen. Ik had de eer en het genoegen een gratis avondbezoek te mogen bijwonen geleid door de directrice van het museum dat maar liefst drie uren in beslag nam.


Het museum is elke dag geopend van 10u tot 19u behalve op maandag. De toegang is betalend.


MUSEO ATELIER CANOVA TADOLINI


Als je langs de Via del Babuino wandelt van de Piazza Popolo naar de Spaanse Trappen, kun je een klein privaat museum bezoeken gewijd aan de beroemde beeldhouwer Antonio Canova uit Venetië. Het museum bevat het atelier waar hij werkte tijdens zijn verblijf in Rome eind achttiende - begin negentiende eeuw.


In 1818 schonk hij het atelier aan zijn favoriete leerling, Adamo Tadolini die een telg was van een bekende Romeinse familie van vier generaties beeldhouwers. In dit atelier werden meer dan vijfhonderd werken gemaakt die zowel in Italië als Europa, Amerika en zelfs Azië werden verkocht.


De erfgenamen van de familie Tadolini verkochten het atelier later aan de Galleria Antiquaria Benucci, die er ruim vierhonderd afgietsels, schetsen, documenten en gereedschappen verzamelde. Het erfgoed is geschonken aan de staat Italië en kan dus nimmer verkocht of verplaatst worden.


Het museum is elke dag geopend van 8u tot 20u behalve op zondag en de toegang is gratis. Bestel zeker een koffie aan de bar waarvan je dan aan een tafeltje tussen de beelden in het volgestouwde atelier kunt genieten van een werkelijk unieke locatie.


Door Bart Tordeurs – barttordeurs.be

lightbox close button

ROMA ROMANTICA


WINTERSE STADSWANDELINGEN


Trastevere is in de winter behalve koud ook heel gezellig. In ieder geval 's avonds en helaas ook tot diep in de nacht.


WAKKER WORDEN TUSSEN DE LOCALS


De locals zie je vooral ‘s ochtends. Als de wijk nog niet op gang is gekomen, ontmoeten de bewoners elkaar op de Piazza di Santa Maria. Daar starten we dus onze eerste dag met een cappuccino om vervolgens aan onze wandeling te beginnen. Tussen Trastevere en Vaticaanstad ligt het Parco del Gianicolo, dat is een aardige klim, dus koud hebben we het niet. We lopen langs de rustige Via Garibaldi tot de barokke Fontana dell'Acqua Paola. Vanaf dit punt heb je een fantastisch uitzicht over Rome!

Genietend van de zon slenteren we in het park richting de vuurtoren. Aan het einde van het park gaat de route over in een straat met bomen. Minder zon maar toch mooi om hier te wandelen. We komen bij een kleine oase met uitzicht waar we even wegdromen.

Een stuk verderop bij de kerk Sant'Onofrio herinnert een plaquette aan Johann Wolfgang von Goethe die op zijn beroemde 'Italiaanse reis' dit klooster heeft bezocht.

Nadat we steeds verder zijn afgedaald, bevinden we ons vlakbij Vaticaanstad. We besluiten om die links te laten liggen. Liever stappen we door de brede straten van de wijk Prati waar de zon het deels wint van de zwarte schaduwen. De bezienswaardigheid in Prati is het gewone leven dat ondanks de nabijheid van de gigantische trekpleister Vaticaanstad gewoon doorgaat. Voor de terugweg kiezen we de straat langs de Tiber. Ondanks het drukke autoverkeer maken we romantische momenten mee. Het gouden uur is namelijk aangebroken en we genieten van de oogverblindende uitzichten op de bruggen. Het lijkt wel herfst!


WAKKER WORDEN OP DE PIAZZA TRILUSSA


Trastevere verlaten we vandaag via de voetgangersbrug Ponte Sisto. Maar niet zonder een tussenstop op de Piazza Trilussa voor de beste cappuccino van de hele wijk. Aan de overkant van de Tiber gaan we romantisch verdwalen tot we ineens een markt ontdekken. We blijken op het Campo de’ Fiori te zijn aanbeland. Eindelijk zon!

Vanaf een terrasje volgen we het gemoedelijke marktgebeuren. Hier zouden we uren kunnen blijven zitten. En dat is precies wat we doen! De terrasverwarming maakt het mogelijk.

Via de bloemenmarkt lopen we in noordelijke richting. Bij het Palazzo della Cancelleria worden we verrast door een tentoonstelling over het werk van Leonardo da Vinci. Even later staan we op de zonovergoten Piazza Navona waar het best druk is. We slenteren over het indrukwekkende plein en nemen de smalle Via dei Coronari. Niet om te winkelen, alleen maar voor de sfeer en voor een enkele foto, mocht er een zonnestraal doordringen.

Aan het einde nemen we de Via del Panico, waar we de kans krijgen om bij een marmerwerkplaats binnen te kijken. Van daar kun de je Tiber al zien en we steken hem over via de beroemde Ponte Sant'Angelo. Het Castello straalt ons uitnodigend tegemoet, inclusief de wachtrij.

Eenmaal binnen zijn we het wachten vergeten. De verschillende perspectieven die het Castello te bieden heeft, maakt alles goed.

Aansluitend dwalen we door de wijk Borgo die het Castello Sant'Angelo verbindt met Vaticaanstad tot we het autovrije straatje Borgo Pio ontdekken. Een bijzonder drukke plek zou je zeggen. Maar we komen in de hele wijk niet veel mensen tegen. Wel grappige winkels, naast 'Oggetti religiosi' en 'Satue Sacre' ontdekken we ook een boetiek voor nonnen. Een priester haalt net zijn outfit bij de stomerij op en verderop kun je een talaar op maat laten maken.

Maar dit is niet wat wij zoeken. We hebben honger en zijn op zoek naar een gezellige plek. Buiten zitten is geen optie. In de schaduw blijkt het toch wel echt winters te zijn.


WAKKER WORDEN OP HET EILAND


Vandaag verlaten we onze toeristische straat Via della Lungaretta in oostelijke richting. Nadat we de hoofdstraat zijn overgestoken, komen we terecht in een wirwar van sprookjesachtige steegjes.

Via de loopbrug bereiken we het eilandje. Op de Piazza San Bartolomeo all'Isola vinden we een bar vol met locals. Maar wij gaan liever op het terras zitten. De uitstekende cappuccino komt tegelijk met de eerste zonnestralen. Wat een vredige plek is dit! Geen stadsgeluiden, geen drukte, alleen maar de lichte open piazza naast de meer dan duizend jaar oude kerk. Hier zou ik wel elke ochtend wakker willen worden, maar onze dagen in Rome zijn geteld. Vandaag is het 31 december dus morgen is bijna alles dicht. Ook deze bar, dat hebben we meteen al geïnformeerd.

We besluiten om ook vandaag zoveel mogelijk te profiteren van de zon. In de winter houdt dat in dat we pleinen of andere open plekken zoeken zoals bijvoorbeeld Il Vittoriano aan de Piazza Venezia. Als we ervoor zorgen dat we rond het middaguur aankomen, kunnen we zelfs op het terras lunchen.

We verlaten Isola Tiberina via het andere bruggetje en bereiken al snel het antieke Teatro Marcello naast de tempel. Aangekomen bij de Piazza Venezia proberen we ons een voorstelling te maken hoe dit plein tijdens het Romeinse Rijk er uit gezien moet hebben. Want toen al was het een belangrijk verkeersplein!

Via de haast eindeloze trap bereiken we de ingang van Il Vittoriano. Het mooiste van het hele gebouw is volgens ons het schitterende uitzicht boven op het terras. Dit is een plek waar we ons uren kunnen vermaken.

Later in de middag nemen we de minder steile trap rechts van Il Vittoriano naar de Piazza del Campidoglio en wandelen we richting panoramisch terras boven het Forum Romanum. Ook zo'n plek waar je niet voelt dat je je midden in een wereldstad bevindt. Zeker omdat we geen last hebben van hordes toeristen die deze plek graag bezoeken.

Deze romantische week in Rome maakt onze eerdere ervaringen weer goed. In de kerstvakantie hadden we altijd zacht maar vaak druilerig weer. Deze keer hebben we werkelijk niets te klagen.


Door Renate Konrad

DE HISTORIEK VAN DE VILLA

(Klik op de artikels)


Giovanni Torlonia (1756- 1829) verkreeg de titel van markies in 1797 en kocht meteen, om zijn nieuwe status te vieren, een villa: de villa Colonna, die eigendom was van de familie Colonna. Daarvoor behoorde die tot aan de familie Pamphilj. Daarmee is de Villa Torlonia de meest recente van alle villa’s van de grote Romeinse families.


Tussen 1802 en 1806 vormde Valadier het gebouw om tot een elegant palazzo. Na de dood van Giovanni zette zijn zoon Alessandro de verfraaiingswerken verder en stelde hiervoor Caretti aan. Van 1835 tot 1840 werden er door Giovan Battista Caretti majestueuze elementen toegevoegd aan de façade. Vele schilders werkten aan de decoratie, onder hen Podesti en Coghetti, net als beeldhouwers en bepleisteraars van de school van Thorvaldsen en Canova.


In 1842 besloot Alessandro (1800- 1880) zijn overleden ouders te eren met de oprichting van twee obelisken in roze graniet. Vandaag is één van die obelisken dé blikvanger voor wie het park binnentreedt, langs de hoofdingang in de Via Nomentana. Niettegenstaande de verwoede pogingen van Alessandro is Villa Torlonia nooit de mondaine ontmoetingsplaats geworden die hij gehoopt had. De nieuwe erfgenaam Giovanni besloot de naam van de familie op te vijzelen en liet allerlei gebouwen en paviljoenen optrekken, waaronder het huidige Huis van de Uilen. Dit gebouw werd in 1840 gepland als een Zwitserse alpenhut en grondig getransformeerd in 1917-1920. In 1919 botste men tijdens werkzaamheden op het terrein op een joods kerkhof.


De Villa Torlonia kende een tumultueuze geschiedenis. In 1925 legde Benito Mussolini beslag op de Villa. Hij zou er tot in 1943 verblijven. Zowel het huis als de gronden werden “verhuurd” aan Benito Mussolini. Tijdens deze periode werd er in de kelder een bunker gebouwd tegen gasaanvallen en bombardementen. Deze ruimtes zijn vandaag te bezichtigen op aanvraag.


Van 1944 tot 1947 bezetten Engelse en Amerikaanse troepen de Villa. In 1977 werd de Villa aangekocht door de Stad Rome en in 1978 opengesteld voor het publiek. Sinds de jaren negentig heeft de stad Rome stelselmatig het park en de gebouwen gerestaureerd en in zijn glorie van weleer hersteld. Na jaren van leegstand werd het magnifieke complex weer aan het grote publiek geschonken.


In het bijgebouw Casino dei Principi huist momenteel het archief van de Scuola Romana. Deze Romeinse school is een verzamelnaam voor een groep kunstenaars die actief was tijdens het interbellum. Hun kunst balanceerde tussen expressionisme en realisme. De collectie omvat onder andere catalogi, monografieën, artikels uit gespecialiseerde tijdschriften en dagboeken van de kunstenaars zelf en schrijvers uit hun (vrienden)kringen. Het archief is enkel op afspraak te bezoeken. De locatie wordt ook gebruikt voor tijdelijke tentoonstellingen. Het kleine en verfijnde neo-renaissancistische gebouw werd door Alessandro Torlonia gebruikt voor feestjes. Een curieus weetje: het Casino dei Principi is tot op heden via een onderaardse gang verbonden met het hoofdgebouw.

VILLA TORLONIA

DE VILLA VANDAAG


Het park van Villa Torlonia bevat twee musea: het Casino Nobile en het Casina delle Civette (huis van de uilen) ten midden van een prachtig aangelegd park.


Het hoofdgebouw is het Casino Nobile, de vrucht van de verbeelding van kunstenaars Valadier en na hem Caretti. Hier resideerde de adellijke familie Torlonia. Het gerestaureerde gebouw bevat op het gelijkvloers en de eerste verdieping het Museum van de Villa, met de oorspronkelijke inrichting vol achttiende -eeuwse grandeur. Pronkstuk is de balzaal waar de vele spiegels het licht weerspiegelen dat ruim binnenvalt langs het grote raam. De aankleding van de kamers op de bovenverdiepingen is niet meer authentiek, op de slaapkamer van Giovanni Torlonia jr. na, die door il Duce werd geclaimd.

Het park is maar liefst 132.000 m2 groot en bevat ook een meer (Lago del Fucino). Vandaag is het een uitgelezen plek om te wandelen of te joggen. Oorspronkelijk, in de zeventiende eeuw, behoorde het park toe aan de familie Pamphilj. Het was toen voornamelijk een landbouwzone. In 1760 kwam het gebied in handen van de familie Colonna. Tot 1797 waren er vooral fruitbomen en wijngaarden, maar Torlonia koos ervoor om volgens de mode van die tijd een Engelse landschapstuin aan te leggen.


Het Huis van de Uilen is zonder twijfel een uniek staaltje architectuur. Het huis ademt de sfeer van het fin de siècle en de Art Nouveau. Het was hier dat prins Giovanni Torlonia jr. zich terugtrok toen Mussolini beslag legde op zijn woning. Hij bleef hier wonen tot aan zijn dood in 1938. De prins bracht er zijn dagen in eenzaamheid door. De vele glasramen met hun dierenafbeeldingen in warme, donkere tinten en de houten lambriseringen geven het huis iets sprookjesachtigs en duisters tegelijk. Een opmerkelijk detail is bijvoorbeeld de luchter die is samengesteld uit vleermuizen en die de slaapkamer sierde. Sinds 1916 werd het gebouw “het Huis van de Uilen” genoemd, omwille van de opvallende glasramen met uilen. Sinds 1997 is het open als museum. De originele collectie glasramen uit de periode 1910- 1925 is verder aangevuld met werken van dezelfde glaskunstenaars.


Door Valerie De Witte

(Klik op de artikels)


De Ara Pacis, of ‘Altaar van de Vrede’ is niet meteen een monument dat bij het massapubliek een belletje doet rinkelen. De meeste toeristen laten op hun wandeltochten van het Vaticaan naar de Spaanse Trappen of via Piazza Navona naar de Trevifontein dit monument links liggen. Dit kleine pareltje, dat qua afmetingen tussen de talrijke grootse monumenten in Rome in het niet valt, is qua symboliek misschien wél een van de grootste reuzen van Rome.


HOUSE OF CARDS AAN DE TIBER


Maar vooraleer het aan de ‘vrede’ gewijd werd, woedde er een eeuw lang oorlog door de straten van Rome en het Romeinse Rijk. Dat scenario van de eerste eeuw voor Christus kon echt niet beter, zelfs als scenaristen uit Hollywood het onder handen hadden genomen. Het doet de verkiezingsstrijd tussen Clinton en Trump verschrompelen tot een veredeld speelplaatsgevecht op de plaatselijke lagere school.


Laten we beginnen aan het einde van de tweede eeuw voor Christus. De Galliërs bedreigen Italië. In het collectieve geheugen van de Romeinen leven dan nog steeds de herinneringen aan hoe in een ver verleden (390 v. Chr.) de gakkende ganzen van de godin Juno de Romeinen behoed hebben voor de inname van het Capitool, de laatste heuvel van Rome die toen door diezelfde Galliërs belegerd werd. In de eerste eeuw werd dat voorval nog steeds gevierd door in een processie honden, die destijds geen onraad hadden geroken, te kruisigen, terwijl de gevierde ganzen van Juno op kussentjes met goudstiksel mochten toekijken.


De hernieuwde dreiging aan de vooravond van de eerste eeuw voor Christus vraagt dus om een sterke man. Wie anders dan Gaius Marius, de oom van Caesar, om het Gallische gevaar het hoofd te bieden? Dat hij dan meteen opnieuw tot consul verkozen moet worden, terwijl tussen twee ambtstermijnen normaal minimaal tien jaar horen te zitten, is toch maar een detail? Of dat hij dat uiteindelijk zes keer wordt op een tijdspanne van negen jaar, vooraleer de oorlog met de Galliërs is afgelopen? Dat levert de man, die ook de allerarmsten heeft toegelaten tot het leger en hen van soldij en een pensioen verzekert, een ongekende achterban en machtsconcentratie op, die de bellen van het einde van de Romeinse republiek al doen rinkelen.


TRUIMVIRAAT VAN CEASAR, POMPEIUS EN DE OP GELD BELUSTE CRASSUS


Ongeveer een decennium later moet er in het oosten strijd geleverd worden tegen koning Mithridates van Pontus, in het huidige Turkije. De elite in de senaat verkiest haar favoriet, Lucius Cornelius Sulla, voor het opperbevel. Wanneer Sulla al richting het oosten vertrokken is, besluit de volksvergadering – waarvan de besluiten ook de kracht van wet hebben – om haar eigen favoriet Marius naar voor te schuiven als opperbevelhebber. Wanneer Sulla met het probleem Mithridates heeft afgehandeld, keert hij terug naar Rome om af te rekenen met de partij van Marius. De eerste Romeinse burgeroorlog is een feit: lijken drijven in de Tiber en afgehakte hoofden sieren het spreekgestoelte op het Forum Romanum.


Een generatie later krijgt het militaire wonderkind Pompeius het ondanks felle tegenstand voor elkaar om een tot dan toe ongekende macht over het Romeinse leger te mogen uitoefenen om de Middellandse Zee te zuiveren van een piratenplaag. Samen met Crassus en ene Gaius Julius Caesar zal hij niet veel later de consulverkiezingen omkopen en verdelen zij alle macht en belangrijke functies onderling. Nadat Crassus’ schedel vol met vloeibaar goud wordt gegoten in Parthië, keert Caesar als een multimiljardair terug van zijn veroveringen in Gallië en keert hij zijn vroegere kompaan de rug toe. Deze tweede Romeinse burgeroorlog eindigt met de dood van Pompeius in een alleenheerschappij voor Caesar. De Romeinse republiek is nu officieel dood.


AUGUSTUS, DE WREKER


Wanneer Caesar zeven maanden later, geveld door drieëntwintig messteken, aan het doodbloeden is op de vloer van het theater van Pompeius, waar op dat moment de senaatsvergaderingen worden gehouden, denken de voorvechters van de Romeinse republiek, Cassius en Caesars adoptiefzoon Brutus dat ze als helden onthaald zullen worden voor het doden van de dictator. Niets is minder waar. Caesar blijkt enorm populair bij het volk dankzij zijn vele publieke feesten en gelduitdelingen. Zijn negentienjarige erfgenaam, Octavianus, aanvaardt zijn enorme erfenis en richt een slachting aan onder de Caesarmoordenaars. Zo’n tweeduizend leden van de ridderstand en zelfs senatoren worden op de zwarte lijst gezet en een kopje kleiner gemaakt, onder wie ook Octavianus’ vroegere mentor Cicero. Heel toepasselijk richt Octavianus ter ere van die vergelding een tempel op voor Mars Ultor (de wreker), waarvan je de imposante resten nog kunt zien naast de markthallen van Trajanus op de Via dei Fori imperiali, en die tegenwoordig door middel van lasershows weer tot leven gewekt worden. Deze aparte carrièrestart lijkt wel een vergeten episode in het leven van die zogenaamd goede keizer, van wie enkel de goede daden herinnerd worden, zoals het feit dat hij ‘een stad in baksteen aantrof, en er een in marmer achterliet’.

EN DE OSCAR GAAT NAAR...


Daar heeft Augustus dan ook zelf middels de nodige propaganda voor gezorgd. Wanneer hij eindelijk al zijn tegenstanders heeft uitgeschakeld en alleen de scepter kan zwaaien, speelt hij een oscar-waardig stukje toneel. Hij geeft alle macht terug aan de senaat. Maar wie zou er meer geschikt zijn voor de macht dan een man die die verantwoordelijkheid niet wil? Juist. Octavianus laat zijn naam veranderen in Augustus, de Verhevene, in een poging zo alle herinneringen aan zijn met bloed besmeurde verleden uit te wissen. Hij kiest ook voor de titel ‘princeps’, of eerste onder zijn gelijken, om niet dezelfde fout te maken als Caesar. Hij vermomt zijn alleenheerschappij met een republikeins masker. In 13 voor Christus laat de senaat de Ara Pacis, het altaar van de Vrede, oprichten als een monument dat de nieuwe keizer bestempelt als de enige juiste man voor de macht, of meer bepaald, voor de alleenheerschappij die definitief komaf maakt met de Romeinse republiek die bijna vijfhonderd jaar geleid werd door twee consuls. Was Augustus immers niet de man die eindelijk vrede had gebracht in een rijk dat al bijna een eeuw door burgeroorlogen werd verscheurd?


PUZZELSTUKJES IN EEN FUNERAIR PARK


In de vijftiende eeuw zijn er al fragmenten van ons monument aan het licht gekomen. In de afgelopen honderden jaren volgden nog meer stukken en in de twintigste eeuw werd het eindelijk weer gereconstrueerd uit originelen en kopieën van de stukken die onder meer in Firenze en elders in Rome terecht gekomen waren. De afbeeldingen op de Ara Pacis zijn ronduit schitterend. Het altaar zelf is omgeven door een vier meter hoge muur die ongeveer 10 bij 11 meter meet. De buitenzijde van dit kleine monument is onderaan versierd met zeer gedetailleerde bloemenmotieven, terwijl in de bovenste band een reusachtige selfie te zien is van Augustus met zijn lictoren of bodyguards en zijn familieleden, van wie we de meeste kunnen identificeren. Ze beeldt een processie uit die echt heeft plaatsgevonden toen hij in 13 v. Chr. terugkeerde van een veldtocht in Gallië en Spanje. Aan de voor- en achterzijde zie je taferelen met de stadsgodin Roma en andere die herinneren aan Augustus’ afstamming van Romulus en Remus en, via hen, aan de mythische Trojaan Aeneas. Het bouwwerk maakte deel uit van een groot begrafenispark ter ere van de eerste Romeinse keizer en – samen met zijn adoptievader Caesar – stichter van de Julisch-Claudische dynastie.


De Ara Pacis was gelegen op het Marsveld, waar legerexercities plaatsvonden en vanwaar de triomftochten startten van generaals die als overwinnaar waren teruggekeerd. Automatisch kreeg het grafveld van Augustus dus de connotatie van overwinningen. Van de voorzijde van het pantheon, oorspronkelijk gebouwd door Augustus’ rechterhand Marcus Agrippa, kan je een rechte lijn trekken tot het mausoleum voor Augustus, waar de Ara Pacis nu gelegen is. Ongeveer in het midden van die lijn, maar een beetje rechts ervan, bevond zich een Egyptische obelisk, die je nu op Piazza di Monte Citorio bij het Italiaanse parlement vindt. De Ara Pacis bevond zich rechts daarvan, en dus helemaal niet naast het mausoleum van Augustus, zoals dat nu het geval is. De obelisk vormde een schaduw die als richtingaanwijzer fungeerde in een enorme zonnewijzer van zo’n 160 meter breedte. Daarop kon je niet alleen de uren, maar ook de dagen en de maanden aflezen. En niet alleen dat: de oriëntatie was zodanig dat precies op de herfstequinox (23 september) de schaduwpunt een lijn volgde die uiteindelijk precies het midden van het altaar doorkruiste. En laat 23 september nu toch net de geboortedag van keizer Augustus zijn! Op de winterzonnewende, negen maanden eerder en dus de dag waarop de eerste keizer van Rome werd verwekt, eindigde de schaduwpunt via een andere lijn precies in het midden van het altaar van de vrede. Hoe kan je op nog grootsere wijze aangeven dat die man geschikt was om de vrede te herstellen in het Romeinse Rijk?

ARA PACIS

SCHANDAAL


Net zoals in haar voorgeschiedenis het geval was, is het monument ook nu niet vrij van controverse, maar dat ligt niet aan Augustus. In 2006 werd het model voor het museum, een ontwerp van de wereldberoemde architect Richard Meier, in brand gestoken door de politiek actieve kunstcriticus en tv-persoonlijkheid Vittorio Sgarbi. Het museumgebouw wordt wel eens een tankstation of een pizzeria genoemd. En toch zijn Meiers ontwerpen altijd meteen herkenbaar, altijd voorzien van de nodige glaspartijen en altijd… wit. Maar ook al vind je het niet mooi, Meier zei dat hij wilde dat niets de kijker zou afleiden van het monument zelf en daar is hij ook in geslaagd. De Ara Pacis baadt weer in het licht zoals vroeger.


MAUSOLEUM VAN AUGUSTUS EN DE RES GESTAE DIVI AUGUSTI


Het mausoleum, waarin Mussolini zich nog wilde laten begraven, ligt er vervallen bij naast de Ara Pacis. De cilindervormige grafheuvel is wel bedekt door cipressen zoals in de oudheid, maar is onderhevig aan erosie. Gelukkig komt daar binnenkort verandering in. Aan weerszijden van de ingang hingen bronzen platen met de Res Gestae Divi Augusti, zeg maar de autobiografie van keizer Augustus. Nu vind je de tekst hiervan in het Latijn op de buitenzijde van het gebouw waarin de Ara Pacis is ondergebracht, waarin hij nogal bescheiden beweert de macht van consul te hebben geweigerd of enkel de macht te hebben aangenomen als eerste onder zijn gelijken en niet alvorens op eigen vraag een collega te hebben gekregen.


Augustus ging er prat op dat gedurende zijn regering de poorten van de tempel van Janus drie keer gesloten werden, een teken dat er vrede heerste in heel het Romeinse Rijk. Drie keer lijkt niet veel, maar dat was meer dan in de zevenhonderd jaar vóór hem! De vrede van Augustus zou uiteindelijk zo’n driehonderd jaar duren, maar kende geen happy end. De Germanen begonnen aan de grenzen van het Rijk te knabbelen vanaf 270 na Christus en zo begon het Romeinse Rijk in het westen aan een langgerekte doodstrijd waarop het nekschot pas in 476 volgde, toen een jongetje van acht jaar op de troon zat. De ironie van het lot wil dat dat jongetje de bijnaam Romulus Augustulus (‘Romusje Augustusje’) droeg, dus de naam van de stichter van Rome en haar eerste keizer.


Website: http://www.arapacis.it/


Adres: Lungotevere in Augusta - 00186 Roma


Toegang: betalend. Elke dag open van 9.30u tot 19.30u, laatste toegang een uur voor sluitingstijd.


Door Koen Branckaerts

UN MESE A PRATI

(Klik op de artikels)

Het begon als een gek idee bij het naderen van mijn vijftigste verjaardag: wat als ik nu eens een maand kon doorbrengen in de stad van mijn dromen? Om te leven en te werken, om vrienden en familie te ontvangen, om mij even een echte Romeinse te voelen. Het idee kreeg steun van het thuisfront, een appartement werd vlot gevonden via mijn contacten in de eeuwige stad en zo vertrok ik op 29 april 2015 naar Rome. Prati zou een maand lang mijn thuishaven worden.

PRATI


Prati is een Romeinse wijk die met zijn statige Art Nouveau palazzi misschien eerder doet denken aan één van de Parijse districten dan aan een stadswijk van Rome. Gelegen aan de overkant van de Tiber en op een boogscheut van het Vaticaan, is het de ideale uitvalsbasis om zowel het katholieke Rome als het centro storico te bezoeken. Mijn appartement bevond zich aan de drukke Viale Giulio Cesare – op een boogscheut van de metrohalte Ottaviano. Vanuit mijn raam zag ik elke dag tussen 9 en 16u grote stromen toeristen het traject afleggen tussen de metro-uitgang en de Vaticaanse musea, geen meter afwijkend van het vaste parcours. Jammer want de wijk Prati heeft zoveel meer te bieden…

EEN BEETJE GESCHIEDENIS


De naam Prati komt van het Latijnse “Prata Neronis” (de velden van Nero) en tot in de negentiende eeuw was het gebied een mix van velden, weiden en moerasgebied. De wijk is gesticht in het begin van de twintigste eeuw om er de administratieve gebouwen van het Italiaanse koninkrijk onder te brengen en om onderdak te bieden aan zijn ambtenaren. De wijk is net zoals Turijn ontworpen volgens een rechtlijnig patroon met brede lanen. Grappig detail: de gespannen relatie tussen het koninkrijk en het Vaticaan maakte dat dat je nergens de koepel van de Sint-Pieter mocht zien. Nochtans lukt dat opperbest vanuit de Via Ottaviano…

ECLECTISCHE ARCHITECTUUR


De archictuur in Prati dateert uit het begin van de twintigste eeuw, hier vinden we dus geen invloeden terug van het latere fascistische tijdperk. De meeste gebouwen zijn gebouwd in de eclectische Umbertino- stijl. Enkele opvallende gebouwen zijn de Sacro Cuore del Suffragio, een kerk gebouwd in 1893 en door de Romeinen om evidente redenen “ Il Piccolo Duomo di Milano” genoemd. Een indrukwekkend gebouw is het kolossale Hof van Cassatie aan de Piazza Cavour met renaissance - en barok invloeden. Zowel omwille van zijn functie als om zijn esthetiek wordt dit gebouw “ Il Palazzaccio” (het lelijke paleis) genoemd.

OFF - THE - BEATEN TRACK


Wanneer je een zijstraat van de drukke lanen inslaat, waan je je in een andere wereld. Je wandelt door stille, met bomen omzoomde straten zoals de Via Silla of de Via degli Scipioni. Hier kom je voorname oudjes tegen die hun dagelijkse wandeling maken (Prati is een “bourgeois” wijk), schoolkinderen die naar huis slenteren of een verloren gelopen kardinaal (het Vaticaan is dichtbij). Zo kwam ik toevallig uit bij “Il Sellaio” – een artisanaal lederatelier, waar de kranige tachtiger Serafini en zijn assistent in opleiding je met veel liefde hun waren en hun atelier tonen.

MOOIE WINKELBUURT


Vergeet de drukke Via del Corso of de elitaire Via Condotti. Hier vind je de perfecte mix van mooie Italiaanse en internationale merken in de Via Cola di Rienzo (de straat is genoemd naar een Romeinse senator en edelman). Je vindt hier zowel high-end merken alsook meer betaalbare en kwalitatieve winkels. In de Via Silla vind je de kleinere en meer aparte boetieks. Aanraders voor shop-aholics : het luxe warenhuis Coin en diverse modehuizen zoals Liu Jo en Max Mara.Recent is hier ook een vestiging geopend van het bekende Tiramisu - huis, Pompi.

PARADIJS VOOR FOODIES


Terwijl Testaccio synoniem staat voor de Romeinse cucina povera vind je in Prati meer verfijnde eetgelegenheden waar Romeinse families elkaar ontmoeten. Een ware ontdekking voor mij en een walhalla voor foodies is de Mercato Trionfale, een gigantische overdekte markthal in de Via Andrea Doria. Dit is de oudste en grootste Romeinse markhal met meer dan 250 marktkramen. De hal is ingedeeld met kleuren volgens de producten : groen voor fruit en groenten, blauw voor vis en rood voor vlees. Niet enkel voeding maar ook allerlei andere zaken kun je hier vinden gaande van huishoudlinnen tot kinderspeelgoed. Het is hier dat de inwoners van Prati hun dagelijkse inkopen komen doen. Een toerist valt er nauwelijks te bespeuren…


Wat meer mondain zijn de vestigingen van Castroni, hier vind je quasi alle Italiaanse producten van gerenommeerde merken gaande van koffie en pasta tot wijn. Op culinair gebied heb ik in Prati ook helemaal mijn gading gevonden - de toeristenvallen in de buurt van Piazza dei Risorgimento niet te na gesproken- heb ik er tal van goede en niet-toeristische restaurants ontdekt.


Eén van mijn favoriete enoteche waar je ook heerlijk kunt eten is de Enoteca del Frate in de Via degli Scipioni. Uitgebaat door jonge mensen met een inventieve keuken. Ook een ijsje in gelateria dei Gracchi, een authentieke gelateria met enkel natuurlijke ingrediënten, mag natuurlijk niet ontbreken.

GOEDE UITVALBASIS


Kortom, ik heb een zalige tijd gehad in Prati. Ik heb er hard gewerkt (ons kantoor in Rome was met de metro in nauwelijks 20 minuten te bereiken), veel vrienden ontvangen en gewoon genoten van het dagelijkse leven. Van hieruit heb ik heel wat “Roma Insolita” ontdekkingen gedaan zoals het Cimitero Teutonico, il Roseto, het museo d’Arte Moderna… Maar hierover een volgende keer meer!

ADRESSEN:


  • Il Sellaio, Via Caio Mario, 14

  • Mercato Trionfale, Via Andrea Doria, 3

  • COIN , Via Cola di Rienzo, 173

  • Castroni, Via Ottaviano, 55 – Via Cola di Rienzo, 196/198

  • Pompi , il regno del Tiramisù, Via Cola di Rienzo, 313

  • Enoteca del Frate, Via degli Scipioni, 118/122

  • Sacro cuore del Suffraggio, Via Ulpiano, 29

  • Corte di Cassazione, Piazza Cavour

  • Gelateria dei Gracchi , Via dei Gracchi, 272


Door Lieve Moors – Insolita.be

(Klik op de artikels)


Ook voor een aantal grote filmregisseurs leidden alle wegen naar Rome. Taste Italy ging voor u op zoek naar enkele genreklassiekers die zich in de Eeuwige Stad afspelen.


NEOREALISTISCH ROME:
ROMA, CITTÀ APERTA (1945), LADRI DI BICICLETTE (1948)


Het neorealisme was Italië’s antwoord op de fascistische cinema die door dictator Benito Mussolini en zijn kornuiten werd gefinancierd. De neorealistische beweging, ook wel de Gouden Eeuw van de Italiaanse film genoemd, bezorgde de laars een resem filmklassiekers die zich afspeelden binnen de verpauperde naoorlogse Italiaanse samenleving. Regisseurs gebruikten dikwijls onprofessionele acteurs om de voeling met de maatschappij niet te verliezen. Roma, città aperta (1945) van Roberto Rossellini, over een tegen de Nazi’s rebellerende priester on the run, wordt beschouwd als de eerste neorealistische film. De bekendste en meest geprezen film die het neorealisme voortbracht was echter Ladri di biciclette (1948). Vittorio De Sica brengt het hartverscheurende verhaal van een man die zijn werk dreigt te verliezen omdat zijn fiets is gestolen. Tot wanhoop gedreven gaat hij zelf over tot diefstal en wordt bijna gelyncht voor de ogen van zijn zoon.

HOLLYWOOD & ROME:
ROMAN HOLIDAY (1953), GLADIATOR (2000)


Ook voor Hollywood is Rome al meermaals een dankbare inspiratiebron gebleken. Er zijn hoofdzakelijk twee manieren waarop Rome wordt afgeschilderd door Amerikaanse studio’s. Veruit de meest flatterende van de twee is het beeld van een romantische vakantiestad. Dat wordt nergens zo goed geïllustreerd als in Roman Holiday (1953), waarin William Wyler tortelduifjes Gregory Peck en Audrey Hepburn in elkaars armen laat vallen na een tourtje op de Vespa. Minder zeemzoet is die andere manier waarop Rome wordt afgebeeld door Hollywood: Nazi’s in de Oudheid. Voorbeelden genoeg, zowat elk sandalenepos uit de jaren 60, maar omdat subtiliteit niet het sterkste punt is van onze transatlantische medeburger gaan we resoluut voor het Pizza Hawaii-voorbeeld bij uitstek: de totaal geschifte tirades van dictator annex keizer Joaquin Phoenix in Ridley Scotts opgepompte arenaspektakel Gladiator (2000).

FILM IN
DE EEUWIGE STAD

ROMEINSE MOORDMYSTERIES:
LA RAGAZZA CHE SAPEVA TROPPO (1963), TENEBRE (1982)


We vergeten het vaak, maar Italiaanse cinema is ook huiveren. De moderne horrorfilm is in grote mate schatplichtig, denk bijvoorbeeld maar aan het eerstepersoonsperspectief voor de dader, aan de maestro’s van de Italiaanse giallo. Een giallo is een soort van moordmysterie on steroids inclusief licht erotische motieven, psychologische aandoeningen en onverwerkte trauma’s. Dit alles werd op zo’n kunstzinnige manier in beeld gebracht dat de kijker niet goed wist of hij de gruwel op het scherm moest appreciëren of weerzinwekkend moest vinden. De allereerste giallo, La ragazza che sapeva troppo (1963) van Mario Bava, was nog vrij braafjes: een toeriste is getuige van een moord op de Spaanse Trappen en gaat op zoek naar de waarheid. Heel anders gaat het eraan toe in Tenebre (1982) van horrorgrootmeester Dario Argento. Een moordenaar laat zich inspireren door een misdaadboek en in de Eeuwige Stad valt het ene slachtoffer na het andere. Argento stelt zichzelf in zijn meest introspectieve film de vraag of zijn eigen werken een slechte invloed kunnen uitoefenen op derden. Stilistisch indrukwekkend zoals gewoonlijk, maar deze keer vermijdt hij atypisch de felle primaire kleuren en gaat hij met opzet voor een fletse look. Extra punten voor de soundtrack van Argento’s huiscomponisten van Goblin.

FELLINI'S ROME:
LA DOLCE VITA (1960), ROMA (1972)


Federico Fellini, geboren Romein én één van de grootste regisseurs allertijden, heeft altijd een speciale band met de hoofdstad gehad. Als Fellini het over Rome had dan is dat steeds met grote passie maar evenzeer met een satirisch gevoel van zelfrelativering. In La dolce vita (1960) beweegt Marcello Mastroianni zich door het betekenisloos jetsetleventje van de Eeuwige Stad en vergaapt hij zich aan Zweedse schone Anita Ekberg in de Trevifontijn. Fellini introduceert ook een zekere Paparazzo, u raadt het al: deze alombekende term voor die horde sensatiezoekers kent zijn oorsprong in deze film. Twaalf jaar later regisseert Fellini het semi-biografische Roma (1972), zowel een ode aan de stad als een persiflage van haar mindere kanten. Hoogtepunt: de kerkelijke modeshow waarin Fellini sneert naar de overdaad van een instituut dat haar onderdanen een gelofte van armoede doet afleggen.


Bonus:
LA GRANDE BELLEZZA (2014)


Je kan nu eenmaal niet de Romeinse film bespreken zonder de recentste triomftocht in de schijnwerpers te zetten. Paolo Sorrentino’s La grande bellezza (2014), waarin een charismatische maar gedesillusioneerde Toni Servillo op zoek gaat naar de betekenis van zijn lege luxeleven, is één grote knipoog naar Fellini. Terecht bekroond met de Oscar Beste Buitenlandse Film.


Door Joachim Vandevoort

ROMA
SPQR

S.P.Q.R. VERENIGT LIEFHEBBERS VAN ROME

(Klik op de artikels)


De stad Rome werd officieel 753 jaar vóór Christus gesticht en spreekt al vele eeuwen tot de verbeelding. Toch staat de eeuwige stad meer dan ooit in de belangstelling. Nooit eerder werd zoveel over Rome gesproken en geschreven. Het volstaat om binnen te stappen bij een boekhandelaar om dat even na te gaan: je struikelt tegenwoordig bijna over publicaties die de Italiaanse hoofdstad als onderwerp hebben. Haast elke week verschijnt er wel een boek over Rome.


De vereniging S.P.Q.R. is bijna vijftien jaar actief en groepeert liefhebbers van de stad Rome. Bij S.P.Q.R. is iedereen welkom die zich op één of andere manier verbonden voelt met Italië en in het bijzonder de eeuwige kunststad Rome. De leden komen regelmatig samen voor allerlei activiteiten zoals een boeiende lezing, een degustatie van olijfolie of balsamico, een (Italiaanse) film, het bezoek aan een kunsttentoonstelling of beurs, een Italiaanse kookcursus, een uitstap naar een museum of stad, een degustatie van Italiaanse wijnen, enz. Een vaste waarde is het jaarlijkse Italiaanse wijnfestival, dat in 2016 reeds aan zijn achtste editie toe was (www.vinofestival.be).


S.P.Q.R. fungeert tevens als forum om tips, weetjes en informatie over Rome uit te wisselen, als platform om contacten te leggen met andere Rome-reizigers en als mogelijkheid om eenieders kennis van de stad Rome te vergroten. Via de website www.spqr.be ontvangen de leden vrijwel dagelijks een nieuwsbrief over Rome. Deze nieuwsbrief boordevol leuke weetjes over of actuele berichten uit Rome wordt één tot twee keer per week ook naar niet-leden gestuurd. S.P.Q.R. bereikt op die manier ongeveer 3.200 Italië-liefhebbers.


De club lokt niet zozeer historici of archeologen (hoewel die groep aanzienlijk vertegenwoordigd is), maar vooral mensen die gepassioneerd zijn door de Italiaanse cultuur in al haar aspecten, die dol zijn op de Italiaanse gastronomische producten en wijnen, die ‘alles’ willen weten over Rome en die een thuisgevoel ervaren wanneer ze weer eens (be)landen in Rome. Het gaat om mannen en vrouwen die elk televisieprogramma, boek of artikel over Italië en Rome verslinden of minstens met meer dan gewone aandacht bekijken, die Italiaans design veel mooier vinden dan dat uit andere landen, … kortom, mensen die weten waar de goede dingen van het leven te vinden zijn en hoe je er zoveel mogelijk intens van kan genieten.


Op 21 april (niet toevallig de officiële stichtingsdatum en feestdag van Rome) sluit de vereniging haar werkjaar telkens af met een zeer gezellige en gratis Italiaanse receptie voor leden en genodigden. Die dag wordt ook de jaarlijkse Romulusprijs uitgereikt, een trofee die wordt geschonken aan een persoon, organisatie of bedrijf die of dat het voorbije jaar in ons land een opmerkelijke inspanning deed voor de promotie van Rome of Italië in het algemeen. Deze prestatie kan geleverd zijn op cultureel, gastronomisch, literair, toeristisch of een ander vlak.


De Romulus van S.P.Q.R. is een gepersonaliseerd en 2,6 kg wegend bronzen duplicaat van het wereldberoemde beeld van de Romeinse wolvin. Wie de Romulusprijs ontvangt, mag rekenen op de blijvende waardering van en promotie door S.P.Q.R., ontvangt een gratis lidmaatschap van de vereniging en kan genieten van heel wat media-aandacht in Vlaanderen, Nederland en Italië. Zo ging in 2016 de twaalfde Romulusprijs naar het Gallo-Romeins Museum in Tongeren voor de organisatie van de succesvolle tentoonstelling ‘Gladiatoren - Helden van het Colosseum’.


S.P.Q.R. sloot het eerste werkjaar af met een veertigtal leden. Dat werd toen onthaald als een onverhoopt succes, maar vandaag, na bijna vijftien jaar werking, telt de groep zowat 370 leden en vijf bestuursleden. In de periode vóór en na de receptie worden de lidmaatschappen vernieuwd. De leden zijn afkomstig uit alle hoeken van het land, Nederland en Italië, tot zelfs in Australië en de USA. In ruil voor hun lidgeld van 25 euro per jaar krijgen ze een lidmaatschapskaart en kunnen ze deelnemen aan alle door de club georganiseerde activiteiten, vrijwel altijd met een korting. Ofwel worden ze verwend met allerlei extraatjes, zoals een gratis drankje vóór of na een activiteit.


Contactinformatie:


www.spqr.beinfo@spqr.be – tel. + 32 475 722 111

Het activiteitenprogramma vind je terug op


www.spqr.be-> ACTIVITEITEN.


Door Eric Claes - spqr.be

Op vrijdag 30 mei 2014 waren in Leuven zes van de beste Italiaanse striptekenaars te gast bij de Romevereniging S.P.Q.R. Alessio Lapo, Saverio Tenuta, Simona Mogavino, Riccardo Federici, Carita Lupatelli en Giulia Hicka Pellegrini werden ontvangen door de Leuvense burgemeester Louis Tobback, genoten van een dagje puur Leuvens plezier, gingen lunchen en dineren met clubleden en hielden natuurlijk ook een exclusieve signeersessie. Hun albums zijn verkrijgbaar in vele talen, waaronder het Nederlands.

In april 2015 volgde S.P.Q.R. drie dagen lang de noordelijke grenzen van het Romeinse Rijk (limes) in Duitsland. Langs de route bevinden zich heel wat musea, gereconstrueerde wachttorens, kampen, archeologische resten en zelfs een heropgebouwd fort.

S.P.Q.R. maakte in september 2009 met een vijftigtal mensen een driedaagse uitstap naar het slagveld van Varus in het Teutoburger Wald in Duitsland en de musea in de omgeving die aan deze beroemde veldslag gewijd zijn. De Varusslag vond plaats in 9 na Chr. in de omgeving van Kalkriese.

CAMPO DI MELE

(Klik op de artikels)

IL CONIGLIO ALLA CIOCIARA,
ANCHE DETTO ALLA ROMANA PER VIA DELLA ACCIUGHE


Ingredienti:

  • 1 coniglio da circa 1 kg

  • 2 filetti di acciuga

  • 1 rametto di rosmarino

  • 1 pizzico di maggiorana

  • 1 peperoncino

  • 2 spicchi di aglio

  • ½ bicchiere di vino bianco

  • ½ bicchiere di aceto

  • olio e sale q.b

PREPERAZIONE


Pulire il coniglio, e tagliarlo a pezzetti, se non siete capaci ve lo fate fare dal vostro macellaio . A parte preparate un trito di con l'aglio il rosmarino la maggiorana e le acciughe e il peperoncino


mettere a rosolare in una padella a fuoco medio/basso con due cucchiai d’olio e sale per circa 30 minuti, o finché la carne non è cotta. Quando la carne è cotta aggiungiamo il trito precedentemente preparato . Continuare la cottura a fuoco basso e sfumare con il vino e con l’aceto. Far evaporare completamente l’alcool , rosolare per altri 15 minuti per insaporire e servire caldo, se serve usare un pizzico di farina per addensare la salsa, servire con un rametto di rosmarino come guarnizione

ANTONIO IO
SONO CIOCIARA


Antonio Pecchia is de aimabele chef-kok van Giusto Gusto. Een gezellig restaurant in het centrum van Diest. In Giusto Gusto laat men alle kitsch achterwege, als het in Italië lag dan kwam je hier ongetwijfeld de plaatselijke bevolking tegen en zou je ver weg van de toeristische drukte zitten.


Ook culinair verlaat chef-kok Antonio de platgetreden paden. Als fiere “Ciociaro” brengt hij de eerlijke, lekkere keuken van zijn streek La Ciociaria, een streek die deels in Lazio en deels in Campania ligt. De naam zegt eigenlijk al genoeg, Giust Gusto: de juiste smaak.


Door Joachim Vandevoort

coPARTNERS

Meer weten over TASTE-ITALY?

TASTE-ITALY is meer dan een magazine, zijn belevingen, activiteiten bij onze partners en nog veel meer te samen met je Italië-liefhebber. Interesse? Schrijf je hier in.

next slide button